Een nieuwe vorm van flamenco, zo zou je het openingsnummer ‘Olé Kiss’ van de nieuwe cd ‘A Kind Of…’ van Paul van Kemenade en muzikale kameraden kunnen omschrijven. Het opwindende van een flamencogitaar, achterna gezeten door een wild improviserende elektrische gitaar en een mals aangeblazen altsaxofoon. Vertolkt door Maurice Leenaars, Jacq Palinckx en Paul van Kemenade.
Naar dan blijkt een opstapje naar een breed spectrum van muziek, een soort inventarisatie van de stand van zaken van musicus en componist Paul van Kemenade. Uitgedrukt in diverse bezettingen waarmee de altsaxofonist furore maakt: zijn Three Horns and a Bass, zijn International Quartet, zijn duo met pianist Stevko Busch, het Podium Trio en het Paul van Kemenade Quintet, aangevuld met de Zuidafrikaanse musici Fezile ‘Feya’ Faku, Sydney Mnisi en Louis Mhlanga. Deze laatste bezetting neemt vijf van de dertien composities voor haar rekening en is een prachtige illustratie van de veelzijdigheid die het muzikale leven van Paul van Kemenade is gaan beheersen.
De kwintet-met-Afrikanenbezetting opent met Hymne for All. Een compositie van trompettist Feya Faku in een arrangement van William Haubrich. Een ingetogen piano-intro van Rein Godefroy leidt naar compact groepsspel waarin slagwerker Pieter Bast een prachtige verbinding legt tussen de Westerse en Afrikaanse elementen die aan het stuk ten grondslag liggen. Hymne for Her lijkt een logisch vervolg; trombonist Louk Boudesteijn componeerde en arrangeerde het. Gitarist Louis Mhlanga zingt in het Afrikaans, trombone en trompet dragen deze ode, die zich in traag tempo voltrekt en wellicht daardoor vast ankert in het gemoed van de luisteraar. The Big Defender is een woordgrapje, een variant op The Great Pretender. Ooit in de jaren vijftig een hit van de a-capellagroep The Platters, maar in het land van de jazz groot gemaakt door trompettist Lester Bowie. Op deze cd krijgt The Great Pretender weliswaar niet dezelfde ijzingwekkende behandeling als van Bowie, maar de interpretatie op altsaxofoon is een triomfantelijk slot van opnieuw een bijzondere cd van Paul van Kemenade.
Bijzonder omdat de cd niet alleen een staalkaart is van diens kunnen, maar vooral een soort almanak, waarin het goed bladeren is. Naar Wim bijvoorbeeld en Crawling door het Podium Trio. Wat een genot en tevens wat een tijdloze pracht om de gitaar van Jan Kuiper, de trombone van Wolter Wierbos en de altsaxofoon van Van Kemenade zelf, weer te horen mengen én zich tegen elkaar af te horen zetten. Hetzelfde geldt voor de duostukken Contemplation IX – for Paris en For Russia, waarin Stevko Busch de basis legt om Paul van Kemenade daaroverheen te laten fladderen. En wat te denken van Three Horns and a Bass, met de wonderschone combinatie van trombone, flugelhorn en altsaxofoon. Daar kun je eeuwig naar luisteren.
Bladerend luisteren naar de schoonheid van al die bezettingen, die stuk voor stuk verrassingen in zich dragen. Het onverwachte loopt in elke compositie mee, elke bladzijde die je omslaat brengt nieuwe schoonheid. Dat die soms ruw en ongebolsterd is, is vooral een pluspunt. We hebben het hier immers wel over improvisatiemuziek. En wel van het soort die zich nimmer laat binden.
RINUS VAN DER HEIJDEN
Paul van Kemenade – A Kind Of (in verschillende bezettingen)
KEMO 015
Paul van Kemenade – altsaxofoon
Jacq Palinckx – elektrische gitaar
Maurice Leenaars – flamencogitaar
Angelo Verploegen – trompet en flugelhorn
Louk Boudesteijn – trombone
Wiro Mahieu – contrabas
Ray Anderson – trombone
Ernst Glerum – contrabas
Han Bennink – slagwerk
Stevko Busch – piano
Wolter Wierbos – trombone
Jan Kuiper – gitaar
Rein Godefroy – piano en Fender Rhodes
Pieter Bast – slagwerk
Fezile ‘Feya’ Faku – flugelhorn en trompet
Sydney Mnisi – tenorsaxofoon
Louis Mhlanga – gitaar, zang en teksten
