Rust. Van het soort waarvan je zou wensen dat die zich altijd over je heen zou spreiden. Zorgvuldig gekozen noten, met gedurfde tussenpozen, uitgespreid op een zacht bed van slagwerk en contrabas. Zo begint het openingsstuk ‘Sarabande’ van de debuut-cd ‘CROSS’ van pianist Robert Koemans.

De rust op CROSS beklijft. Hij keert steeds terug, schraagt in feite alle negen stukken van een bijzondere cd, die wordt volgespeeld door drie musici die je tot de jongste jazzgeneratie van dit land mag rekenen: Koemans zelf op piano met naast zich contrabassist Alessandro Fongaro en slagwerker Willem Romers. Bedachtzame muziek, die zich meteen van een contradictie voorziet: bedachtzaam is hier niet schuchter, niet gespeend van durf. Wél bijna intellectualistisch door de wijze van componeren en de uitgekiende uitvoeringen die daarmee noodzakelijkerwijs samenhangen.

Intellectualistisch zou kunnen betekenen dat hier sprake is van muziek die voor een kleine schare liefhebbers bestemd zou zijn. Daar is geen sprake van. Het intellectualistische schuilt in het feit dat de muziek zo doordacht is. Maar omdat zij tegelijkertijd uiterst spontaan is, wordt een eventuele negatieve kant van dat intellectuele volledig weggenomen. Wat rest is muziek die aanspreekt, verfrissend is en platgetreden paden in alle opzichten vermijdt. Kom daar maar eens om bij een pianotrio.

Dat Robert Koemans al enige jaren over compositorische ervaring beschikt, is aan elk stuk op CROSS af te horen. Hoewel de plaat er zeker een is die je moet rangschikken onder die van een pianotrio, verschilt hij huizenhoog met talloze die hem zijn voorgegaan. De piano staat weliswaar centraal, maar contrabas en drums schikken zich niet in een begeleidende rol. Ook is er geen sprake van als zouden zij zich naast de piano moeten handhaven. Hun rol is volstrekt autonoom; waar de piano zichzelf een enigszins vooruitgeschoven rol toe eigent, brengen slagwerk en contrabas evenveel verrassingen in. Elementen die alleen mogelijk zijn als er sprake is van volstrekte communicatie.

CROSS is een album waar spanning strijd voert met intimiteit en vrijheid met zelf opgelegde gebondenheid. Het titelstuk CROSS laat een volledig in zichzelf opgaande Robert Koemans horen, die geheel in de lijn van de jazztraditie wordt voortgestuwd door een onrustige Willem Romers. Hier moet ooit sprake zijn geweest van begrensde aandachtspunten, maar uitgekiende improvisaties hebben die terzijde geschoven.

Geheel anders is Triads. Vanuit een handvol seconden stilte ontpopt zich een aarzelend pianothemaatje, dat lijkt op het gepingel op een speelgoedpiano. Maar alras de verstilde schoonheid van kamermuziek laat opbloeien. Een in gedachten verzonken, voortschrijdende contrabas en kabbelend slagwerk leiden de muziek naar een tijdloze dimensie. Die nog wordt versterkt doordat de componist Koemans erin slaagt uiterst functionele adempauzes in de muziek in te lassen. Stiltes die een legende als Thelonious Monk als kortsluitingen hanteerde, maar bij Robert Koemans een andere functie hebben. Monk maakte ze onderdeel van zijn fabelachtig inzicht als componist, Koemans dicht ze een organische functie toe die als een levensadem over zijn muziek strijken.

Robert Koemans is het muzikale brein achter het tentet Coal Harbour. Hij schreef al muziek voor de Codarts Big Band en Dutch Jazz Collective. Met CROSS rondt hij een zoektocht af naar muzikale ideeën die hij in kleine bezetting wilde presenteren. Het is onnodig te stellen dat hij daarin volledig is geslaagd. CROSS is een debuut waar eenieder van de nieuwe generatie jazzmusici jaloers op mag zijn. Het gevestigde volk trouwens evenzeer.

RINUS VAN DER HEIJDEN

ROBERT KOEMANS – CROSS

Zennez Records

Robert Koemans – piano
Alessandro Fongaro – contrabas
Willem Romers – slagwerk

 

www.robertkoemans.com

Previous

Een melodietje, een lied, verdamping en weer melodie

Next

Tom van der Zaal gloedvolle vertolker van hardbop

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook