Een tenorsaxofoon en een elektrische gitaar. Kun je het nog meer ‘basic’ hebben? Klinkt dat wel, twee zo verschillende instrumenten? Hebben de musici zich er niet met een Jantje van Leiden vanaf gemaakt? Het antwoord op deze vragen wordt gegeven op ‘Tusheti’, vol gespeeld door voornoemde twee instrumenten. En het resultaat klinkt als een klok.

Eerst maar even over dat ‘basic’. Daar is op Tusheti totaal geen sprake van. De tenorsaxofoon en vooral de elektrische gitaar produceren een orkestraal geluid. Dat doet zich al voor in het openingsstuk Hello waar vanuit het niets een elektronische toon aanzwelt, die de bakermat gaat vormen voor de tenorsaxofoon. Zacht percussief geritsel op de achtergrond, geplop met de kleppen van de saxofoon en het vergaren van vrije, geïmproviseerde geluiden zetten de toon voor het hele album.

Want Tusheti haakt niet aan bij schoonheid waar de grootste gemene deler van veel luisteraars naar hunkert. Deze cd is gedrenkt in vrijheid, wil het hebben van spannende klankvelden tussen de twee instrumenten en zoekt volledig improviserend zijn weg. Misschien zou je daarbij verwachten dat de tenorsaxofoon daar grotendeels het voortouw bij neemt, maar niets is minder waar. De twee instrumenten zijn zo ineengestrengeld dat de bewering dat Tusheti orkestraal klinkt, door dit samen opgaan dubbel wordt bevestigd.

Niettemin laat de saxofoon zich niet in de hoek drukken, zoals op driekwart van de compositie Harp is te horen. Heel even maar, voldoende echter om de schone klank die wordt opgeroepen, ten volle te genieten. En dan is er ineens Anijs. Dát klinkt vertrouwd in de oren. Hier is sprake van een melodie die wel heel dicht tegen de klassieker How Deep Is The Ocean aan ligt. Maar een kniesoor die er over zal vallen: de hele muziekgeschiedenis, van de Middeleeuwen tot heden, hangt van ‘lenen’ aan elkaar.

Tusheti is een verrassend album. Bedacht en uitgewerkt door twee jonge musici. De ene komt uit Litouwen, de ander ‘gewoon’ uit Nederland. De eerste kwam op 21-jarige leeftijd naar ons land om er te studeren aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen en daarna aan het Conservatorium van Amsterdam. Hij vestigde zich definitief in Nederland en zoekt van hier uit samenwerkingsverbanden met vrije-muziekmilieus in landen als Duitsland, Polen, Denemarken, Estland, Rusland en Italië.

Dat hoor je er aan af. Het gemak waarmee Andrius Dereviancenko steeds maar weer zijn instrument in de klanken van Robin Engelhard deponeert, dwingt bewondering af. En dit is slechts mogelijk als beide musici over een groot verbeeldingsvermorgen beschikken, elkaar naadloos aanvoelen, klassieke samenwerkingsverbanden uitdiepen en natuurlijk alsmaar vrije improvisaties op de voorgrond stellen. Welnu, daaraan voldoen beiden volop en daarom is Tusheti zo’n prachtige plaat.

Jammer dat al dit moois maar 35 minuten duurt.

RINUS VAN DER HEIJDEN

INTO THE WIND – TUSHETI

Eigen beheer

Andrius Dereviancenko – tenorsaxofoon
Robin Engelhard – elektrische gitaar

 

www.andriusderevi.com

Previous

Cd’s of streaming? Roept u maar!

Next

Luistergenot bij opera ‘Hildegard’ van Steven Kamperman

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook