De artistieke loopbaan van Ernst Glerum brengt je langs een wie-is-wie van het Nederlandse hedendaagse muzieklandschap. En dat al zo’n halve eeuw lang. De nieuwsgierigheid is direct geprikkeld. Zeker als er een album uitkomt als ‘Trio Tribute’.  

Ernst Glerum blijkt een echte Renaissance-man te zijn. Het eerder uitgebrachte ALBUM was een boek met door hem gemaakte plaatjes en muziek, hij heeft zijn eigen label Favorite waarop hij ook een magazine en een bouwplaat voor een kleine vleugel (baby grand) heeft uitgegeven en nu dus dit Trio Tribute

Docent Glerum doceert contrabas aan het Conservatorium van Amsterdam, waar hij ooit zelf  klassiek contrabas studeerde bij Henk Guldemond. Hij speelde bij ASKO, Theo Loevendie, Nedley Elstak en de lijst gaat door. De discografie op zijn website (ernstglerum.nl) van ruim tachtig albums geeft een overzicht. Samen met Han Bennink vormde hij de ritmesectie bij veel internationale solisten, enkele waarvan nu op de cd Trio Tribute  stukken zijn opgenomen. 

Inmiddels speelt Glerum al jaren piano. Voor deze trio-opnames met Anja Gottberg op contrabas en Giacomo Camilletti op de drums toog Glerum naar de studio van het Amsterdams Conservatorium, en nam daar acht stukken op met Ido Zilberman aan de knoppen, later gemixt en gemasterd door Rob van de Schoolbrugge.

Deze ode aan het trio laat horen, dat drie gewoon genoeg kan zijn. Bovendien zijn er geen noemenswaardige drums of bassolo’s en ook de improvisaties op de piano blijven ingetogen en kort. Het hele album duurt iets meer dan een half uur, terwijl een nummer als ‘Round Midnight in de handen van een freejazz trio, alleen, al goed zou kunnen zijn voor dertig minuten. Dat is hier niet de aanpak. Elk stuk wordt onder de loep genomen en met TLC (tender loving care) als een juweeltje gezet in een mooie omlijsting. 

Ook zou deze collectie in plaats van een eerbetoon aan het trio als Monk-tribute kunnen worden geïnterpreteerd. Er staat weliswaar slechts één Monk-compositie op, maar het zoekende en dartele pianospel van Glerum brengt bij mij steeds het beeld voor ogen van Thelonius met zijn hoofddeksel en vrij dikke vingers op de toetsen. Het eerste nummer is door Glerum zelf geschreven. ABC Boogie is eigenlijk een ABC-blues en de Monk-incarnatie komt heel sterk naar boven. Het begint met een warm en donker geluid, door iets dat bas en piano samen teweeg brengen. Verdere stukken op de cd zijn van onder andere Misha Mengelberg, Jaki Byard, Curtis Clark en Horace Silver. Er staat, behalve ‘Round Midnight geen enkele standard op.  

Samba Zombie van Mengelberg  kriebelt met een sambaritme dat, zo te horen, met de hand op de drums wordt ingezet. De Italiaan Camilletti is heel wat jaren jonger dan Glerum en net als Glerum docent aan het conservatorium. Wat beide muzikanten ook gemeen hebben is dat ze hun muzikale reis begonnen bij de klassieke muziek. Camilletti heeft nergens op het album een solo, maar is in enkele stukken, zoals bij Samba Zombie, opvallend aanwezig met roffels en watervallen en iets op de snaredrum en geluid van de stokken tegen de zijkant van de drums. 

Deze zombie boezemt geen angst in, maar toont een kinderlijke nieuwsgierigheid. Het klavier wordt onderzocht, van boven naar beneden en weer terug, dissonantie uitproberen, lekker veel vingers, lekker snel. De samba krijgt een opbeurende toon waar je niet bang van wordt maar vrolijk. Ik zie in gedachte Christopher Walker dansen met zijn lange lijf.

European episode Pt 2 & 3 van Jaki Byard is meer reflectief. Wat is er gebeurd met part 1? Ondanks de korte duur is er een soort symfonische opbouw met verrassend uitro. ‘Round Midnight begint met de piano die het weefsel opzet, de melodie volgt op de contrabas met contrapuntische piano omvlochten, waardoor het geheel gedragen, gevoelig en omarmend wordt. Hoewel de tekst en muziek niet samen zijn geschreven, lijken ook bij vocale versies beide perfect uitdrukking te geven aan wat er gebeurt als je rond middernacht alleen bent en de slaap niet kan vatten. Blootstaan aan pijnlijke overpeinzingen, vanaf de brug neemt de piano de melodische lijn op met aanzet tot improvisatie die doorzet bij het tweede rondje. Bij de tweede keer krijgt de brug een verwisseling van ritme en lijkt te willen gaan dansen en dan wordt het laatste Aa’tje weggelaten.

De Ballad of Jake Spoon begint zoals een goede ballade met een sterke openingszin, het wekt de interesse. Wie is Jake Spoon? Dit is het meest lyrische stuk met af en toe een korte stilte en de piano die alleen het verhaal weer oppakt. 

Er is iets ingetogens aan deze cd. Het repertoire is perfect in balans vanaf ABC Boogie tot Barakaat van Abdullah Ibrahim, met prachtige Stevie Wonder-achtige akkoordstapelingen. Er is geen cliché te horen terwijl het geheel wel heel vertrouwd klinkt. Alles verwijst naar het klassieke mainstream-trio van weleer, maar is toch nieuw. Het is ambachtelijk werk, met de verdieping van ervaren handen. 

De  contrabas wijst de weg, de drums zet of houdt het tempo, moedigt aan, ondersteunt en de ritmesectie samen zet de toon waarop de piano op pad kan gaan, onderzoeken, tinkelen, dissoneren en swingen (zoals bij The Lover). De cd klinkt als een ingekort concertprogramma. Je zou de nummers best nog verder uitgeplozen willen horen in een live setting die drie keer zo lang zou duren. 

De hoes is even sober als de cd – drie sets van een zwarte- en een witte pianotoets op een groene achtergrond. Wat doet dan weer dat rode randje langs de zwarte toets ? Het lijkt op wat je ooit bij de oefenpiano op school zag. Is het docent Glerum die in het onderbewuste van graficus Glerum een accentje plaatst? Wie zal het zeggen? Musicus Glerum heeft een klassiek album afgeleverd dat openstaat voor herhaald luisteren. 

MONICA RIJPMA

GLERUM OMNIBUS

Trio Tribute

Favorite Records

Ernst Glerum – piano 
Anja Gottberg – contrabas 
Giacomo Camilletti – drums

ernstglerum.nl

Previous

Dinant Jazz Festival glanst ondanks afwezigheid Joe Lovano 

Next

Geen Dave Brubeck, maar wel Jasper Staps en Rembrandt Frerichs

Lees ook