Na een uiterst succesvolle eerste editie van het festival Better Get Hit en de tweede aflevering klaar in de startblokken, heeft de organisatie van het evenement moeten besluiten dat Better Get Hit wordt opgeheven. De reden is voor de hand liggend: geld. Maar de strijd ervoor laat zich lezen als een horror-verhaal.
Met nog anderhalve maand te gaan heeft directeur-bestuurder Eric van der Westen twee dagen geleden besloten ‘zijn’ festival Better Get Hit af te blazen. “Het was een verschrikkelijk moeilijke beslissing en we zijn tot het gaatje gegaan, maar op een of andere manier is het ons niet gegund. Het publiek en bedrijfsleven waren écht heel enthousiast over Better Get Hit, maar subsidieverstrekkers KunstLoc en Brabant C waren in dit geval onoverkomelijke hindernissen”, zegt Eric van der Westen.
Better Get Hit en zijn organisatie zijn slachtoffer geworden van de machtspolitiek bij diverse geld verstrekkende instanties. Daarvan is hij vast overtuigd, hij voelt zich aan het lijntje gehouden. In het kort komt het erop neer, dat een commissie die de laatste beslissing moest nemen over wel of niet toekennen van subsidie, alle aanvragen afwees. Bitter, omdat volgens Eric van der Westen in de commissie niemand uit de muzieksector zitting had en nagenoeg alle leden van buiten Brabant afkomstig waren. “En dus geen enkele binding of kennis van het Brabantse muziekwerkveld hadden, laat staan van de behoeften en wensen van het publiek en de gemeenten.”
KUNSTLOC
In maart van dit jaar diende Better Get Hit, samen met partners poppodium 013 en Theaters Tilburg een subsidieaanvraag in bij Brabant C, investeringsfonds voor kunst- en cultuurprojecten. Vanwege beleidsmatige veranderingen wees het fonds de organisatoren door naar KunstLoc (het voormalige bkkc, Brabants Kenniscentrum voor Kunst en Cultuur) en de Impulsgelden Subsidieregeling. Het trage verloop van het proces maakte het onontkoombaar om de subsidieaanvraag over de zomerperiode heen te tillen. Hetgeen extra druk legde op de financiële en programmatische voorbereiding van Better Get Hit.
Daarbij kwam nog een bepalende – negatieve – factor: de hoofdsponsor van het festival had na de eerste editie aangegeven ‘een ander beleid te gaan voeren’. Daardoor kon geld alleen nog maar komen van subsidieverstrekkers en kleine sponsors. Het binnenhalen van particulier geld was een taak voor onder andere de directeur-bestuurder. Dit proces verliep goed, maar veel te traag. Dit had dan weer tot gevolg dat de publiciteit rond het festival niet op gang kon worden gebracht; niets was immers zeker omtrent de komst van musici, omdat er geen contracten konden worden aangeboden en afspraken alleen maar werden en waren gemaakt via mailverkeer.
Als organisaties subsidies aanvragen, zoals Better Get Hit bij KunstLoc en de Impulsgelden, dan bekijken ambtenaren die aanvragen. Alle aanvragen voor het festival werden eind september ingediend. Korte tijd later werd duidelijk dat ze alle waren gehonoreerd, zodat het nog slechts wachten was op een zogeheten pitchdatum. Dan komen aanvragers en een commissie die uiteindelijk bepaalt of de aanvragen in geld worden omgezet, bij elkaar voor een laatste, toelichtend gesprek.
VIER WEKEN
“De pitch was goed voorbereid”, blikt Eric van der Westen terug, “en we hadden goede antwoorden op alle vragen: zelfs de commissieleden gaven aan dat we al hun vragen degelijk en efficiënt hadden beantwoord. We zouden binnen vier weken te horen krijgen of we het geld zouden krijgen.”
De begroting van het Better Get Hit Festival bestond voor een gedeelte uit sponsoring en voor een deel uit cultuursubsidies. In de tijd dat het festival wachtte op de uitspraak van de commissie, kreeg het ook nog het slechte nieuws dat vanwege bedrijfseconomische redenen een andere grote sponsor zich terug moest trekken. De dreiging van wel of niet doorgaan van het festival werd steeds groter.
“Afgelopen maandagavond kregen we uitslag van de Impulsgelden-aanvraag met commentaar van de beslissende commissie dat we op geen enkele wijze aan de voorwaarden van de regeling hadden voldaan. Op alle punten afgewezen”, zegt Eric van der Westen. “Omdat we alle subsidies op voorwaarde van financiering kregen, viel hiermee het totale financiële fundament onder het festival weg. We zouden mét de Impulsgelden de ambitieuze taak hebben om 20.000 euro zelf binnen te halen om de kosten te dekken. Dat risico durfden we nog wel aan, omdat we wisten dat we inmiddels zelf al 15.000 euro hadden uitgegeven die we volledig uit onze eigen zak hadden betaald. Maar het gat werd 90.000 euro en dat risico konden we niet dragen.”
“De kogel is nu door de kerk. We handelen alles zo netjes mogelijk af, wetende dat we uiteindelijk ook heel veel musici tekort moeten doen. Maar daar hebben de culturele subsidie-instanties sowieso een broertje dood aan; die denken in regels en modellen en beleidsnotities. En dan het liefst in ons-kent-ons-perspectief.” Eric van der Westen steekt de hand ook in eigen boezem. “KunstLoc en Brabant C waren onoverkomelijke hindernissen. We weten dat we zelf ook fouten hebben gemaakt, maar voor Brabant is het triest.”
IN DE MIN
De afwijzing van de subsidies en de teloorgang van het festival hakt er bij Van der Westen ook persoonlijk hard in. Behalve dat hij zichzelf al uit de begroting had geschreven om het festival door te kunnen laten gaan, staat hij geldelijk voor 7500 euro in de min. “En dan zijn mijn uren niet eens gekapitaliseerd.” Maar erger nog is het persoonlijke leed: “Ik ben total loss. Ik kan letterlijk bijna niet meer. Ik heb alles gegeven wat ik in me had en sliep er de afgelopen maanden zelfs nauwelijks meer van. Deze stress is de allerergste die ik ooit heb meegemaakt.”
“We zijn voor de tweede keer (bij de totstandkoming van de eerste editie verliep de subsidieverstrekking even stroperig, rvdh) bijna driekwart jaar aan het werk geweest om een aanvraag te doen die geen schijn van kans had, als je het rapport van de beoordelende commissie mag geloven. Het is bijzonder kwalijk dat de macht bij bepaalde geld verstrekkende instanties te groot is. En de politiek durft geen mensen met inhoud aan zich te binden.” Waarmee Eric van der Westen doelt op de willekeurig lijkende samenstelling van beslissende commissies.
RINUS VAN DER HEIJDEN
Foto’s GEMMA KESSELS