GASTCOLUMN

Bulgaren zijn mooie mensen. Dat is de eerste indruk die ik kreeg na vijf ontspannen, maar hypergeorganiseerde dagen in Sofia voor A to JazZ Festival, waar ik dit jaar voor het eerst de internationale pr mocht verzorgen. Met een slordige 15.000 bezoekers per dag is het festival het grootste jazzevenement van het land, maar de crew laat zich niet gek maken.

Mede door de ruime opzet in het grootste park van de stad voelt het feestje geen moment benauwd, ook niet met dagelijks bijna 30 graden op de thermometer en ook niet met een heftig langs sjezende zomerstorm. Dat kan zomaar door de relaxte sfeer komen, zowel op het veld als in de stad; er wordt snoeihard gewerkt, ‘rain or shine’, maar van die stress kreeg buiten de organisatie om niemand iets mee. Er werd in plassen gestampt, gedanst, gepicknickt en genoten. Toen een van mijn journalisten dit feelgood-feestje met Glastonbury vergeleek dacht ik: waarom doen wij dit eigenlijk nooit? 

Bij het A to JazZ Festival was er sprake van ‘rain or shine’, er werd gestampt, gedanst, gepicknickt en genoten. Foto Arlette Hovinga

Alas, een gratis festival organiseren terwijl de crises ons wereldwijd om de oren vliegen, en dan ook nog met een enorme delegatie aan internationale genodigden en een line-up die avond aan avond het veld plat speelt; je moet het maar durven. En je moet het maar kunnen. Festivaldirecteur Peter Dimitrov slaat zich er lachend doorheen. Zijn onvermoeibare energie, drive en passie stuwen A to JazZ al twaalf jaar tot grote hoogten. “Onze missie is om jazz naar een groter publiek te brengen”, vertelde hij toen ik voor het eerst met mijn perscollega’s het veld kwam verkennen. “We zijn een gratis festival, met een brede programmering, omdat we de hele stad, nee, heel Bulgarije willen bedienen. Jazz is geen rodeloper-muziek. Jazz is van iedereen.” 

Als publicist en pr-manager van het festival in kwestie is mijn waardeoordeel natuurlijk per definitie gekleurd. Maar zelfs de meest cynische luisteraar kon niet ontkennen dat er enórm veel talent in Bulgarije, en de gehele Balkan, rondloopt. Met het eerste wereldmuziek-showcasefestival (drie keer woordwaarde!) van het land presenteerde A to JazZ haar nieuwste wapenfeit en een achttal talenten uit Bulgarije, Roemenië, Hongarije, Griekenland, Servië en zelfs Congo, maar headliners Bilal, Judith Hill en Lakecia Benjamin waren zeker ook kroonjuwelen in het Bulgaarse arsenaal. Sofia broeit, gloeit, danst en zingt, op jazz, maar zeker ook op funk, soul, hiphop en wereldmuziek, met de leeftijd op het podium variërend van 15 tot (ik doe een voorzichtige gok) een jaar of 60. Peter heeft geen woord teveel gezegd; deze programmering is voor iedereen. Het mooiste cadeau dat je je stad kunt geven. 

En weer vraag ik me, al cultuur- en sfeer snuivend, af: wanneer hebben we dat in Nederland voor het laatst gedaan, een podium, een stapel drank- en eettentjes en een vip-bar op een grasveld gepleurd en er 15.000 man per dag op verwelkomd? Cultuurcollega’s roepen natuurlijk in koor dat we dat met Parkpop in de Hofstad bijna vier decennia deden, en met Bevrijdingsfestivals en zo, maar daar heb ik het niet over. Ik heb het over jazz, over funk, over de soul die daar zo onlosmakelijk mee verbonden is, over de Zwarte muziek die we weliswaar op mooie festivals in historische binnensteden en Hele Grote Mooie Zalen vieren, maar die we eigenlijk zelden op een grasveld en vanuit een hangmat meer te horen krijgen.

Aan het weer ligt het niet; genoeg volk op de been bij een Zwarte Cross of een Lowlands, ook als het hemelwater met bakken naar beneden zeilt. Aan het aanbod ook niet; met maar liefst negen conservatoria vol capabele docenten en getalenteerde musici kunnen we genoeg acts formeren om de komende tien jaar heel veel feest te vieren. Grasvelden hebben we ook genoeg; was Parkpop niet net uit m’n stad vertrokken? Zijn die NSJ al achterna, of houdt Mojo het op het Malieveld voor gezien? Hoe zit het met het Euromastpark, waar ik honderd jaar geleden nog op The Beat heb staan dansen – wat is er daar gebeurd? 

Bij het A to JazZ Festival mag je spreken van een massale belangstelling. Foto Arlette Hovinga

Ik zal het niet onder stoelen of banken steken: ik ben trots op, maar ook een beetje jaloers op Sofia, op A to JazZ, en op mijn ‘brother in crime’ Peter Dimitrov. Ik wil ook een grasmat, een hangmat en het veld plat door steengoeie funk, soul, en jazz, in Nederland. Tot ik de moed verzamel om aan zo’n productie te beginnen prijs ik me immens gelukkig dat ik op het Glastonbury van Bulgarije mocht vertoeven met een kleine delegatie fantastische journalisten.

Mocht ik dat op een bepaald moment niet meer het mooiste vak ter wereld vinden, dan hou ik me aanbevolen voor zo’n grasveld. Tot die tijd zet ik 4-7 juli 2024 alvast met rood omcirkeld in m’n agenda. Tot daar. 

ARLETTE HOVINGA

Arlette Hovinga is een freelance jazzpromotor en mediaregisseur.

www.atojazz.bg

Previous

North Sea Jazz verrast weer met verrassende en opwindende jazz

Next

‘The Trail’ van Frans Vermeerssen Trio wortelt in wat ooit was

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook