Zou het toeval zijn dat juist in het weekeinde dat ‘Wunderkammer’ van de Tilburgse componiste Nicoline Soeter zijn try-out beleefde, NRC Handelsblad een interview publiceerde met Dick Swaab? Waarin deze hersendeskundige stelt dat het functionerende brein onze geest is en niet andersom: dat het brein onze geest produceert. Hij bedoelt daarmee dat de menselijke hersenen worden gevormd onder invloed van de omgeving. Een interessante analyse, die als je deze doortrekt naar ‘Wunderkammer’ van Nicoline Soeter deels verklaart waarom sommige mensen een zonderlinge bovenkamer bezitten.
Wunderkammer is bij de componiste synoniem voor onze bovenkamer, het hoofd en deel van ons lichaam dat ons mens maakt. Dat daar rare dingen kunnen gebeuren, toont zij in een aangrijpend muziektheaterstuk over een vrouw met een zonderlinge bovenkamer. De vrouw verzamelt ideeën, murmelt over insecten en mineralen, dwaalt rond en geeft zodoende van haar o zo werkende brein een fysieke verbeelding. Zoekend probeert zij haar gedachten vorm te geven, maar het is duidelijk dat dit pas kan als zij die gedachten kan onderbrengen in een klankenlaboratorium. Dat alleen al is een razendknappe vondst, want door de inzet van vijf musici krijgt zowel de gedachtenstroom van de vrouw als de creativiteit van de kunstenares die haar schiep, een fysieke uitbeelding.
KABINETTEN
De vijf musici zijn opgesteld in houten kabinetten op een speelvloer die met zaagsel is bedekt. De kabinetten refereren aan de zeventiende-eeuwse botanicus en zoöloog Frederik Ruysch, tevens hoogleraar anatomie, die zijn vondsten opstelde in wat snel rariteitenkabinetten werden genoemd. Deze geniale zonderling verbaasde de wereld met futuristische natuurpreparaten en dierenverzamelingen. Opgesteld in die rariteitenkabinetten die tevens laboratorium en ontmoetingsplek waren. Voor een hoogleraar kon het een niet zonder het ander. En bij Nicoline Soeter werkt het ook zo: het hoofdpersonage heeft de rariteitenkabinetten nodig om grip op haar wereld te krijgen.
In de kabinetten staan musici opgesteld: een klarinettist, saxofonist, twee slagwerkers en een zangeres – die tevens het hoofdpersonage verbeeldt. Zij staan als het ware veilig opgesteld in deze houten vitrines, maar naarmate de geest van de ronddwalende vrouw meer en meer op hol slaat, krijgt ook het opgeborgen aspect minder betekenis: gaandeweg de voorstelling verlaten de musici hun veilige plekje en treden fysiek in de wereld van het hoofdpersonage, die dan een Wunderkammer wordt.
De muziek van Nicoline Soeter wringt de ene keer en loopt verderop dan weer synchroon met hetgeen op het podium plaatsvindt. Klarinet en basklarinet vloeien stralend ineen met sopraan- en tenorsaxofoon, maar bekampen elkaar evenzeer. Een vibrafoon vormt het hart van dubbel slagwerk, dat verder wordt gevormd door autoveren, een enorme gong en ragfijne percussie-instrumentjes. Je zou bijna gaan denken dat het totale klankbeeld dat de musici neerleggen, het zesde rariteitenkabinet aan het vormen is.
GEEN ABSTRACTIE
Toch blijft de compositie van Soeter binnen het fysiek acceptabele. Van abstractie is geen sprake; het lijkt erop dat de muziek op het moment ontstaat, dat notenschrift geen noodzaak is geweest om de klanken vast te leggen; boetseren echter wél. Het zijn de klanken die de componiste interesseren, door ze naast, tegenover, onder en boven elkaar te leggen. Het is daarbij uiterst boeiend te horen hoe zij die binnen de begrenzing van slagwerk en blaasinstrumenten een vrijwel eindeloos perspectief heeft meegegeven.
Wunderkammer beleefde deze avond een try-out. Het stuk gaat op 12 november in November Music in première. Tot die tijd zal er zeker nog aan de vorm worden gesleuteld. Wellicht kan er dan worden gekeken naar een manier om de tekst die Rianne Wilbers declameert, verstaanbaar te maken voor het publiek. Die tekst vormt een wezenlijk onderdeel van Wunderkammer, maar kwam deze avond door slechte geluidsversterking belabberd uit de verf; de woorden waren te dun en daardoor onverstaanbaar. Een deel van het drama werd daardoor in het luchtledige opgelost.
RINUS VAN DER HEIJDEN
beeld GEMMA VAN DER HEYDEN
Nicoline Soeter (Berkel-Enschot) componeert eigentijdse akoestische en elektronische muziek. Zij studeerde viool aan Fontys Conservatorium in Tilburg en volgde vanaf 2008 compositielessen bij Willem Jeths. Sindsdien richt zij zich uitsluitend op componeren. Al eerder bracht zij muziek en wetenschap samen. In 2007 tekende zij voor ‘Eigen brein, een visie op ontwikkelingen in hersenwetenschappen’, een co-productie met Studium Generale van Tilburg University. In september 2014 richtte zij ensemble VONK op, waarvan zij componiste en artistiek leider is.
Nicoline Soeter – Wunderkammer
Temporary Art Centre (TAC) Eindhoven, 23 september ’16
VONK:
Nicoline Soeter – compositie en tekst
Rianne Wilbers – sopraan
Tom Sanderman –sopraan- en tenorsaxofoon
Erwin Muller – klarinet en basklarinet
Reggy van Bakel – slagwerk
Mei-Yi Lee – slagwerk
Marc van Vliet – scenografie
Robin Coops – regie-advies
Pietjan Dusee – tekstadvies