DE BUITENBOCHT. Een intrigerende betiteling voor een film over een musicus. Regisseuse en cameravrouw Jellie Dekker en producer Dick Lucas kozen de titel voor een portret van Guus Janssen. Een prachtige karakterisering van een intrigerende en beeldbepalende componist en musicus, met liefde samengesteld. De dvd is verpakt in een met zorg vervaardigde box, waarin ook een cd is opgenomen met vier composities van Guus Janssen.

Die vier stukken zijn Violin Concerto (2002), Ballroom Rithmix (2012), Four Songs (2008) en Vrije Tijd (2011). Ze worden achtereenvolgens vertolkt door het Radio Filharmonisch Orkest onder Micha Hamel, met als solist Mark Feldman op viool; door de Radio Kamer Filharmonie onder Jonathan Stockhammer met Guus Janssen op synthesizer; het Metropole Orkest met op de bok Jurjen Hempel en als solist Wu Wei op sheng en tenslotte het Asko|Schönberg onder leiding van Reinbert de Leeuw met Guus Janssen als solist op piano.

De dvd is een mooie opmaat voor het beluisteren van een intrigerende cd. De film van Jellie Dekker en Dick Lucas zet pianist/componist Guus Janssen neer als een oer-Hollandse polderzoon. Om dat beeld te versterken is ervoor gekozen om ook Guus’ broer Wim, slagwerker en beeldend kunstenaar, een vooraanstaande rol in de documentaire te geven. Beide mannen trekken samen op, gaan als echte, nauw met elkaar verbonden broers met elkaar om en krijgen op een delicate manier de gelegenheid om hun kunstenaarschap in woord en beeld te schetsen.

BEGIN

Aan het begin van de documentaire wordt de muziek van Guus Janssen (1951) in de tijd geplaatst van waaruit alles begon. In de eerste recensie die over hem werd geschreven, wordt de maker ‘muziek van een grote lafheid’ verweten. En dan was er nog een orkestlid dat over Gieter, een compositie uit 1973 van Guus Janssen zei: ‘Varieert van slapeloosheid tot impotentie’. Guus zal er zeker om hebben gelachen. Want in zijn begintijd als componist beschikte hij al over dezelfde karakteristieken als die welke zijn muziek nu kenmerken. Toen werd het hem verweten, nu wordt hij er alom om geprezen.

De film laat wat zien van de opnames van Ballroom Rithmix, waarin flarden van The Girl From Ipanema doorklinken. Om vervolgens de periode dat Guus Janssen misdienaar was, te belichten. Broer Wim schilderde Gerardus Majella, die last had van vleselijke lusten. ‘Ik wist niet wat dat was’, zegt hij. Guus Janssen verdiende zijn eerste geld toen hij op het orgel van de katholieke kerk vier maal per maand de mis begeleidde, waarvoor hij 25 gulden kreeg. Zijn eerste radio-optreden nam de KRO op in de kerk van Heiloo, zijn geboorteplaats. Mooi is het moment dat hij vertelt dat daar zijn eerste experimenten met muziek plaatsvonden, doordat hij de basnoten van het orgel lang aanhield. ‘Mensen keken verbaasd naar boven’, herinnert hij zich.

Met moderne gecomponeerde muziek kwam Guus Janssen voor het eerst in aanraking toen hij Sonata van Peter Schat hoorde. Hij vertelt over de compositie Straatweg, die hij schreef voor Slagwerkgroep Den Haag (2003). Hij kwam op het idee door een sinterklaasoptocht. Wim maakte een schilderij van die intocht, waar hij zelf ook op staat. Later vertelt Guus Janssen over de overeenkomsten tussen Lennie Tristano en Bach, die beiden grenzen opzoeken. Jazz kun je dus vergelijken met Bach, vindt hij. ‘Ongelijke ritmische patronen verbinden, daar doe ik op mijn eigen manier ook aan’, concludeert hij. En Wim: ‘Het publiek heeft altijd in het hoofd gehad dat Guus synoniem is met moeilijke muziek. Guus zegt niet hoe het moet, dat doet het muziekstuk. Uitsluitend omdat er zo goed over is nagedacht.’

Guus Janssen foto Gerrit Schreurs
Guus Janssen foto Gerrit Schreurs

JOJO BUITENZORG

Waarop Guus Janssen een poging doet zijn muziek te analyseren. ‘Misschien ben ik een soort Jojo Buitenzorg (harddraver, red). Ik neem de buitenbocht. Virtuositeit kun je als handicap ervaren. Mijn geest vaart wel als ik muziek bedenk. Ik heb er geen moeite mee dat er soms onderdrukte emoties zijn. Ik wil als een minor poet worden herinnerd. Daar kan iets heel dieps in schuilgaan.’

De dvd bestaat uit drie onderdelen: de documentaire De Buitenbocht, Blue Yellow and Red Notes en Enkele Volzinnen. Het tweede deel is een compositie van Guus Janssen voor piano en VJ. Bert Koendering doet aan camerapainting met Victor Boogie Woogie van Mondriaan. Vandaar de titel van dit project. Het Mondriaan Kwartet voert Janssens muziek uit. Je kunt rustig stellen dat Blue Yellow and Red Notes in deze vorm zinsbegoochelend werkt. Elke penseelstreek is gestapeld, horizontale streken gaan over verticale, de verf is vet opgezet, in de hoeken is hij niet dekkend. En daar klinken dan die fascinerende klanken van Guus Janssen overheen. De kleine gebaren van de strijkers in het orkest worden afgewisseld met de piepkleine details in het kwastgebruik van Piet Mondriaan. Je weet niet wat je ziet.

Enkele Volzinnen is een 16,5 minuut durende compositie van Guus Janssen op tekst van Evert Rinsema. De teksten worden vertolkt door sopraan Lenneke Ruiten, die wanneer haar stembereik naar de hoogste hoogten voert, je de adem doet stokken. En dat op teksten als ‘Men moet wel een meester in het zwijgen zijn/om dagen te kunnen zwijgen/zonder te pauzeren’. Of deze: ‘Geeft uw bloemen als u bloemen hebt/geleidelijk en langzaam water/Maat houden/Doe het alsof gij ’t niet doet/daarbij neuriënd’.

INDRUKWEKKEND

De Buitenbocht heeft een indrukwekkend eindresultaat opgeleverd. Het toont de mens Guus Janssen in al zijn eenvoud en tegelijkertijd de musicus Guus Janssen in al zijn grootheid. De componist graait in alle bakken die het leven hem biedt, waaruit hij dan ballroomklanken opdiept voor Four Songs. In het Violin Concerto stuurt de componist zijn uitvoerders naar een soort peilloos diepe onderwereld. Zij geraken er, maar ook weer niet helemaal. Als het Radio Filharmonisch Orkest met vioolsolist Mark Feldman onze eigen, tastbare wereld weer betreedt, dan zijn er nogal wat zaken veranderd.

Guus Janssen is het perfecte voorbeeld van de weinige toonkunstenaars die jazz en hedendaagse gecomponeerde muziek zo dicht bij elkaar laten komen. Hij schuwt daarbij grootdoenerij. Hij grijpt in de plaats daarvan liever naar niet zo geëigende middelen als de sheng, het Chinese mondorgel dat Wu Wei zo prachtig bespeelt en door de compositorische gaven van Guus Janssen glad door de muziek stroomt.

En wat te denken van het inmiddels stokoude Eminentorgeltje dat hij inzet in Ballroom Rithmix. In de jaren vijftig en zestig meenden veel Nederlanders dat het spelen op zo’n elektronisch orgel als vanzelf ging. Dat pakte uiteraard anders uit. Kennelijk heeft Guus Janssen zijn exemplaar bewaard. Met de knop die allerlei ritmes uit het orgel toverde, de rithmix, en waarnaar een deel van de naam van het stuk is genoemd, laat Guus Janssen en hele parade van ritmes aan de oren van de luisteraar voorbij trekken.

Het is juist die afwijkende blik op muziek die Guus Janssen aan al zijn composities, in meer of mindere mate meegeeft en die hem tot een ongeëvenaarde kunstenaar maken in het Nederlandse landschap van eigentijdse gecomponeerde- én geïmproviseerde muziek.

RINUS VAN DER HEIJDEN

Guus-Janssen_dvd
De Buitenbocht, een portret van Guus Janssen Attaca dvd en cd

 

Dvd: Blue, Yellow and Red Notes (Mondriaan Quartet, comp. Guus Janssen)
Enkele Volzinnen (Lenneke Ruiten & Thom Janssen, comp. Guus Janssen)
Regie en produktie: Jellie Dekker en Dick Lucas
Cd: Guus Janssen: Vioolconcert – Ballroom Rithmix – Four Songs (for Sheng & Orchestra) – Vrije Tijd voor piano en orkest

 

Previous

Start: Rembrandt Frerichs (rondetijd: 03:24,33)

Next

Een pianist die in zijn eigen landschap wil rondlopen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook