Het was slechts een kleine tournee langs de belangrijkste jazzpodia in Nederland om zijn cd te presenteren. Meer zat er even niet in. Drummer en orkestleider Guy Salamon woont tegenwoordig in Nederland, maar de wereld roept hem. En niet alleen Salamon, maar zijn band die bijna helemaal uit buitenlanders bestaat, woont voor het grootste deel in Amsterdam en zwermt vandaar uit over de wereld. Het Tilburgse Paradox was een van de gelukkige podia waar Salamon zijn nieuwe album ‘Free Hugs’ presenteerde. En naar eigen zeggen was het zelfs het eerste podium waar zijn nieuwe muziek te horen was.
Zo langzamerhand is Amsterdam dankzij de aantrekkingskracht van het Amsterdamse conservatorium een broedplaats voor jonge jazzmusici uit de hele wereld geworden. Niet eerder is het muzikale niveau van in Nederland woonachtige musici over de hele breedte zo hoog geweest. En dat was te merken.
De muziek van Salamon was een instant-succes toen hij in 2019 de podia betrad. Zijn groep is als het ware een vriendengroep die elkaar tijdens hun opleiding aan het conservatorium heeft leren kennen. Ieder van deze musici is zelf leider van een eigen groep en ze staan allen op de rand van internationale doorbraak of zijn al doorgebroken. Guy Salamons groep speelt inmiddels al die jaren in vrijwel ongewijzigde samenstelling. Ego’s spelen daarbij geen rol, wel het feit dat ze elkaar helemaal aanvoelen. Deze cd-presentatie was volgens Salamon hun eerste, maar daar was niets van te horen. Bladmuziek hadden ze niet nodig en de collectieven klonken alsof ze de nummers al jaren hadden gespeeld.
Zijn nieuwe cd Free Hugs is weer een stap voorwaarts in zijn ontwikkeling. In het verleden werd de groep vergeleken met Willem Breuker en Frank Zappa. Vanwege de humor in de muziek en vanwege de muzikale aanpak. Die elementen zijn niet verdwenen, maar wel op de achtergrond geraakt. De muzikaliteit staat nu op de eerste plaats.
Veel nummers, alle eigen composities van Salamon, zijn vanuit de behoefte naar schoonheid en intimiteit geschreven. De lol werd in feite overgelaten aan de toegift. Niet voor niets was dat Sailor Song, het enige oudere nummer waarin het publiek op het juiste moment ‘Hey’ moest roepen en dat collectief deed. Zijn nieuwe nummers hadden die lolligheid niet en waren zelfs aangrijpend, zoals het aan zijn bipolaire vader opgedragen Odd Days.
Waar humor belangrijk was, werd het er niet dik opgelegd maar tot een muzikaal hoogtepunt verwerkt. Het grommende begin van Productive Procrastination door de meesterlijke gitarist Teis Semey en de chaotische oerwoudgeluiden van de blazers, leidden tot vrolijk makende en slepende cartoonmuziek, alsof elk moment Cab Calloway in zijn hagelwitte pak het podium kon oplopen.
De composities lieten veel ruimte voor de solisten om daarmee vrij om te gaan. Die maakten daar ruimschoots gebruik van. Pianist Xavi Torres speelde een lange vrijgevochten solo, volgestopt met ultrakorte citaten van bekende nummers, contrabassist Brodie Jarvie soleerde glashelder waarbij het eelt bijna van zijn vingers sprong, en altsaxofonist José Soares toverde merkwaardig klagende en jankende geluiden uit zijn saxofoon. Alle blazers speelden overigens woeste solo’s die om meer vroegen.
Schijnbaar cijferde Guy Salamon zichzelf weg. Hij was de lijm die de groep bij elkaar hield en de muziek met humor aan elkaar praatte, maar in feite was zijn rol veel groter. Geen lange drumsolo’s, maar een variëteit aan ritmische details die de groep als geheel omhoog stuwde.
De composities van Salamon waren zonder uitzondering van grote schoonheid en lieten de groep uitzinnig swingen. Maar het meest wonderlijke aan zijn composities was het feit dat je ze nooit gehoord had en bij wijze van spreken toch meteen kon meezingen. Een methode waarin orkestleider Raymond Scott hem bijna negentig jaar geleden was voorgegaan. Guy Salamon had nooit van hem gehoord maar liet in Fungal Jungle Express horen dat hij die methode desondanks volledig in de vingers had.
Tekst en foto’s TOM BEETZ
GUY SALAMON GROUP
Paradox, Tilburg 24 mei 2024
Alistair Payne – trompet
Ian Cleaver – trompet
José Soares – altsaxofoon
Lucas Martinez – tenorsaxofoon
Teis Semey – gitaar
Xavi Torres – piano
Brodie Jarvie – contrabas
Guy Salamon – drums