Xavi Torres, Joris Roelofs en Joan Terol hebben acht Piano Sonates van Beethoven van nieuwe inzichten voorzien. Ze hebben een synthese tot stand willen brengen tussen klassiek en jazz. In dit geval meer dan een poging. ‘Kind of Beethoven’ is een sierlijke brug tussen toen en nu.

Als musici uit twee volstrekt verschillende culturen – zoals jazz en klassieke muziek – gaan samenwerken, doet zich vrijwel altijd een gemene deler voor die je helaas als obstakel moet kenmerken. Beiden spreiden hun vleugels richting de ander, maar de jazzfreak zal zich toch vooral bewegen op zijn eigen terrein; dat is hem immers het meest vertrouwd. En dat is een belangrijk aspect, want klassieke muziek is een terrein waar strengere regels gelden dan die binnen jazzmuziek. Omgekeerd gebeurt hetzelfde; de klassieke musicus steekt bereidwillig de handen uit de mouwen, maar ook hij bouwt reserves in, omdat het vreemde terrein dat voor hem ligt, voor onaangename verrassingen kan zorgen.

En dat mag niet, want het gezamenlijk doel van beiden is immers hun muziek aan elkaar te laten snuffelen en zo een aanvaardbare mix tot stand te brengen. Al zo lang als jazz bestaat, zijn er pogingen tot samenvoeging van jazz en klassiek, met immer wisselende resultaten. Gelukkig maar natuurlijk. Maar hier, bij Kind of Beethoven, mag je de inspanningen die de drie musici zich getroosten, als bijzonder succesvol karakteriseren.

Van zo’n ‘klassieke’ mix van klassiek en jazz zoals hierboven is omschreven, is op Kind of Beethoven nauwelijks sprake. Dat is ook niet de bedoeling geweest van initiatiefnemer/pianist Xavi Torres. De Spaanse, in Nederland gestudeerd hebbende en hier wonende musicus is gelouterd in zowel jazz als klassiek. Hij vond het een ware uitdaging de pianosonates van Beethoven zodanig te onderzoeken, dat hij doordrong tot de diepere lagen ervan. Met andere woorden, te doorgronden wat Beethoven enerzijds aan de oppervlakte laat horen en anderzijds wat hij achter de noten suggereert.

Beethoven componeerde 32 pianosonates. Xavi Torres pikte er acht uit, waaronder de in brede kringen bekende Pathétique (twee delen eruit zelfs), Appassionata en Waldstein. Beethovens pianosonates zijn van onschatbare waarde geweest voor de pianoliteratuur. Dit beseffende getuigt het bijna van heldenmoed om die sonates in een andere vorm te gaan gieten. Torres c.s. durfden het aan. De pianist verpakte die durf in een compositie-opdracht van muziekhal Auditori in Barcelona om een klassiek werk opnieuw te bewerken.

De Beethovensonates zijn in de negentiende eeuw al à l’improviste ontstaan, precies zoals veel werk van Bach, zoals bijvoorbeeld diens Cello Sonates. Torres’ opdracht werd alleen maar moeilijker door dit facet: gaan improviseren over al bestaande improvisaties zou wel erg voor de hand liggen. Xavi Torres groef zich in in de door hem uitverkoren pianosonates, tot op het bot zogezegd. Hijzelf zegt daarover: “Ik vroeg me af wat de fundamenteelste elementen van elk werk zijn en hoe we daar omheen kunnen spelen met behoud van de structuur, het kernidee en de intentie van het stuk.”

Die ‘we’ werden basklarinettist Joris Roelofs en slagwerker Joan Terol. Met de laatste is Xavi Torres goed bekend: samen verzorgden zij ruim driehonderd concerten. Joris Roelofs kende Torres van zijn tijd op het conservatorium, waar hij les van hem kreeg.

De samenwerking van de drie die nu is samengebald op Kind of Beethoven, is adembenemend mooi en intrigerend. Jazzliefhebbers zullen zich er onmiddellijk bij thuis voelen, voor meer klassiek ingestelde luisteraars is deze cd een uitdaging om te ontdekken hoe de ritmische en melodische patronen zich die in Beethovens muziek nogal eens onder de oppervlakte bevinden, door dit drietal in een nieuwe vorm naar boven zijn gehesen.

De rol van Joan Terol en Joris Roelofs is opmerkelijk. Drummer Terol is van het krachtige soort. Vaak roept hij vergelijkingen op met de orkanen die voorgangers als Elvin Jones, Milford Graves en Sunny Murray uit hun instrumentarium ranselden. Terol houdt zich nergens in en het verwonderlijke daarbij is dat die geweldexplosies volledig op hun plaats zijn: ze irriteren niet, maar reiken naar de nieuwe textuur die het trio steeds voor ogen heeft.

De eigengereide Joris Roelofs laat zich hier van een andere kant zien: waar vrijwel iedere basklarinettist vooral de diepte van zijn instrument wil exploiteren, zoekt Roelofs het hier vaak in het hoog. Daardoor doen zijn klanken nogal eens denken aan die van violen, die binnen deze muziek uiteraard ten zeerste van dienst zijn. Beiden weven nieuwe inzichten in Torres’ bijdragen, waarin hij soms de voorganger is in de oorspronkelijke partituur, maar evengoed niet te beroerd is ‘groovend’ naar nieuwe overgangen te snellen.

Een uur lang sluipt de toch brute compositorische kracht van Beethoven door de muziek. De moderne akkoorden van het trio sluiten naadloos aan bij de originele, soms hoor je de symfonische Beethoven doorschemeren, maar evenzeer moderne varianten zoals in de Piano Sonate nr. 10 opus 14 een marsritme en in het tweede deel van de Pathétique een tegelijk droefgeestig en vrolijk themaatje.

Kind of Beethoven is met dit alles een van de weinige geslaagde pogingen om jazz en klassiek met elkaar te verbinden. Wat heet: het is meer dan een geslaagde poging. De brug die Torres/Roelofs/Terol slaan is geen kolos zoals Beethoven die bouwde, maar een sierlijke verbinding tussen verleden, heden en vooral toekomst. Want ook in dat tijdsgewricht zal Kind of Beethoven glorieus overleven.

RINUS VAN DER HEIJDEN

XAVI TORRES – JORIS ROELOFS – JOAN TEROL

Kind of Beethoven

Just Listen Records

Xavi Torres – piano
Joris Roelofs – basklarinet
Joan Terol – slagwerk

www.justlistenrecords.com

Previous

‘Ritual’ is een prachtige schreeuw om een andere wereld

Next

Kristiaan Deruytter c.s. toeren met project ‘Kristo’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook