Een klein podium waarop een musicus zich niet kan verbergen, waar geen microfoons nodig zijn, waar hij of zij een onverbiddelijke band heeft met het publiek. Dat is wat tenor- en sopraansaxofonist Mete Erker het liefst heeft. En dus toog hij naar de kleine club Stella by Starlight in Arnhem, om deze ‘Mete Erker Trio Live’ op te nemen. Met nu één conclusie: wat een belevenis.

Stella by Starlight omschrijft zichzelf als huiskamercafé. Je kunt je daarbij een goed beeld vormen van hoe het concert moet zijn geweest dat het Mete Erker Trio in juni 2015 gaf in de creatieve Arnhemse wijk Coehoorn. Enkele handenvol publiek, een alleszins gemotiveerd trio met negen schitterende composities en klaar voor een alles verpletterend concert. Want dat is het geworden! Een zeldzaam intrigerend optreden, dat gelukkig is geregistreerd en nu vastgelegd op deze cd die zonder overdrijving tot het beste van dit jaar moet worden gerekend. Een ontketenende tenorsaxofonist Mete Erker met achter zich twee uit de hel ontsnapte duivels: contrabassist Johan Plomp en slagwerker Makki van Engelen. Een driemanschap dat voor driehonderd procent op elkaar lijkt ingespeeld en waarvan de leden elkaar tot de hoogste macht verheffen.

Er is geen standaard die aangeeft hoe een tenorsaxofoon moet klinken. Jazeker, Lester Young en Coleman Hawkins hebben de evolutie van de tenorsaxofoon in gouden letters geschreven. Maar dat hebben nadien John Coltrane, Archie Shepp, Don Byas, Stan Getz en vele, vele anderen ook gedaan. Ieder op hun eigen manier, met hun eigen aanpak en daardoor ook hun eigen geluid. En ieder met elementen die hun voorgangers hebben nagelaten. Dat is onontkoombaar in elke vorm van muziek. In jazz dus ook en daarom komt ook Mete Erker hier niet onderuit. Toch onderscheiden tenorsaxofonisten uit de jongste geschiedenis van de jazz zich van hen die voorgingen: naarmate er meer traditie wordt geschreven, neemt ook het aantal invloeden toe. Mete Erker is hier een treffend voorbeeld van. Hij incorporeert het gehele erfgoed van de jazzsaxofoon en alleen dat al valt nauwelijks te begrijpen.

Mete Erker is op Mete Erker Trio Live ongrijpbaar. Hij is zo lenig als een panter, paart een onpeilbare fantasie aan indrukwekkende uitdrukkingsmogelijkheden en is wat technisch vermogen betreft zeker op een lijn te stellen met oude meesters, van wie er hierboven een paar zijn genoemd. Mete Erker is daarbij zelfbewust: hij is trefzeker, aarzelt nooit, is een autoriteit op zijn instrument en houdt zijn spel altijd onder hoogspanning. Dat betekent dat harmonische gedeelten binnen een seconde kunnen omslaan in een vuurspuwende vulkaan en dat ritmiek en tempo ten allen tijde een vaste ondergrond missen. Mete Erker prefereert donder en bliksem in plaats van veiligheid en om dat allemaal te kunnen bewerkstelligen moet je een magiër op je instrument zijn.

De free jazz uit de jaren zestig was een handvat om alle zekerheid en veiligheid die er tot dan toe deden, te vermorzelen. De free jazz van Mete Erker hanteert een andere vrijheid: die in je hoofd leeft en die voortkomt uit de wens alle beperktheden die muziek en haar instrumenten kunnen opleggen, aan de kant te schuiven. Daarvoor in de plaats intuïtie en intellect te stellen; de vrijheid die in een musicus kan leven handen en voeten te geven. Daarvan getuigt de tenorsaxofonist op Mete Erker Trio Live en daarvan geven evenzeer Johan Plomp en Makki van Engelen blijk. Er is hier zonder overdrijving sprake van een supertrio. Waar de muziek van Mete Erker in de positiefste zin van het woord kant noch wal raakt, daar zweven ook de inspanningen van de contrabassist en slagwerker volkomen vrij in de ruimte. Raakvlakken zijn immers niet aan deze drie besteed.

Mete Erker heeft er een hekel aan als hij wordt vergeleken met John Coltrane. Daar hadden we het hier ook niet over willen hebben, maar even is dit facet onontkoombaar. Het tweede stuk op deze cd is Greetings To Idris, van de hand van Pharoah Sanders. De man die ooit is gebrandmerkt als de opvolger van Coltrane. Als Mete Erker én kiest voor een compositie van Sanders én op dezelfde duizelingwekkende wijze het stuk volkomen vrij uiteenrafelt zoals Sanders dat Coltrane ooit heeft horen doen, dan kom je onvermijdelijk uit bij vergelijkingen. Maar is dat erg? Zeker niet. Omdat Mete Erker Coltrane niet imiteert, maar de weg vervolgt die Trane is ingeslagen. En als je de rest van Mete Erker Trio Live beluistert, dan buig je deemoedig het hoofd als je hoort hoe de traditie van de tenorsaxofoon hier als een sterrenregen is samengebald.

RINUS VAN DER HEIJDEN

Mete Erker Trio – Live
Sympathetic Vibrations Records

Mete Erker – tenorsaxofoon
Johan Plomp – contrabas
Makki van Engelen – slagwerk

www.mete.nl

 

Previous

Joris Posthumus en Tokyo’s Bad Boys zijn weergaloos

Next

Transition slaat succesvolle brug tussen toen en nu

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook