Dee Dee Bridgewater is een dijk van een zangeres. Jazzzangeres wel te verstaan. Eind vorig jaar besloot ze het over een andere boeg te gooien en het begrip zangeres uit te breiden tot soulvocaliste. Dat levert de cd ‘Memphis… Yes, I’m Ready’ op. Maar dat had ze beter achterwege kunnen laten. 

Dee Dee Bridgewater is in mei 1950 geboren in Memphis, de plaats die zo’n belangrijke plek inneemt in de historie van de (Afro-)Amerikaanse muziek. De zangeres verklaart in het inlegboekje van haar nieuwste cd Memphis… Yes, I’m Ready, dat de dertien stukken op het album ‘het resultaat zijn van mijn investering in mijn verleden… Mijn vragen zijn beantwoord. Mijn levenscirkel is rond. Nu begrijp ik mijzelf volledig. Mijn geest is tot rust gekomen’. Grote woorden, die haaks staan op de muzikale inhoud.

Want Memphis… Yes, I’m Ready is een plaat waar je als jazzliefhebber snel aan voorbij moet gaan. De vrouw die over een stem beschikt met het volume van een kerkorgel, een bereik dat je nederig het hoofd doet buigen, capaciteiten om vrijelijk te improviseren en een veelzijdigheid die vele terreinen kan beslaan, heeft met Memphis… Yes, I’m Ready een verkeerde keuze gemaakt. Zeker, haar stem staat trillingsvrij gegrondvest in het repertoire waarvoor ze koos. Maar dat repertoire maakt ze bijna beschaamd door de manier waarop het is gearrangeerd en meer nog door de wijze waarop het orkest achter haar de vaak indringende muziek uit Memphis in zulke gladde plooien strijkt, dat je je maagzuur nauwelijks nog in bedwang kunt houden.

Als je Memphis zegt, dan zeg je Elvis Presley. Die komt op Memphis… Yes, I’m Ready dus ook voorbij, tweemaal zelfs. Met Don’t Be Cruel en Hound Dog. Twee prachtige rock&roll-monumenten, die in de handen van Dee Dee Bridgewater tot een volstrekt onaanvaardbaar niveau zijn gedegradeerd. Natuurlijk staat het een artiest vrij om op andermans werk zijn of haar eigen visie los te laten. Dat levert soms verrassende resultaten op. Maar om voornoemde composities te ontdoen van hun rock&rollbasis en ervoor in de plaats goedkope soulelementen aan toe te voegen, dat kun je de originelen en de uitvoerder(s) ervan, niet aandoen.

Er is één lichtpuntje op dit album, Try A Little Tenderness. Het zal er niet alleen aan liggen dat haar versie dichtbij die van Otis Redding blijft, maar wel dat de muziek niet wordt verziekt door schreeuwend koper, gillende saxofoons, een ritmesectie die even eenvormig is als een ijslolly. En hier zíngt Dee Dee Bridgewater, in plaats van te krijsen als die vreselijke Tina Turner. Zijn we eindelijk van dat mens bevrijd, doet Dee Dee Bridgewater het niet eens dunnetjes, maar moddervet over. Daarmee blijft ze ver onder haar stand. Ze is kennelijk vergeten dat adeldom verplicht. Of blonken hier slechts de keiharde Amerikaanse dollars waarmee Sony Music Entertainment – let op het derde woord van de naam – heeft staan wapperen?

Het laatste nummer van dit debâcle is Take My Hand Precious Lord. Had mevrouw Bridgewater hemelse krachten maar aangeroepen voordat ze aan dit project begon.

RINUS VAN DER HEIJDEN

Dee Dee Bridgewater – Memphis… Yes, I’m Ready
OKeh Records/Sony Music Entertainment

Dee Dee Bridgewater – zang
begeleid – door een tenorsaxofoonsectie, baritonsaxofoon, trompet, trombone, toetsen, Hammondorgel, gitaar, basgitaar, drums, percussie en achtergrondkoor

www.deedeebridgewater.com

www.okeh-records.com

www.sonymusicmasterworks.com

Previous

Yuri Honing Acoustic Quartet grijpt met ‘Goldbrun’ te hoog

Next

Mondriaan Jazz Festival: krachtig in diversiteit

1 comment

  1. Fantastisch album! Als je een beetje een kenner bent weet je dat Dee Dee haar eerste albums soulalbums zijn. Ze gaat met dit album terug naar haar roots van meer dan bijna 50 jaar geleden. Dee Dee chapeau!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook