Wat de gemeenteraad van Amsterdam net niet of ternauwernood voor elkaar krijgt, dat lukt de Red Light Jazz Society met glans: de Wallen wat leefbaarder maken. Op de voorkant van het album ‘Hookin’ Up’ schemert een foto met een doka-roodzweem. Op de foto zie je de stoet raamtoeristen schuifelend langs historische gevels aan een gracht. ‘Hookin’ Up’ is vast een verwijzing naar die ganzenmars van voyeurs. Wellicht naar het seksbedrijf, wachten op je beurt. De titel veronderstelt ook dat je ‘hooked’ kunt raken aan de muziek van deze big band.
Big band of jazzorkest. Gevoelsmatig is er een verschil. Een jazzorkest klinkt meer gestudeerd en de muziek en arrangementen klinken meer bestudeerd. Een big band klinkt doorgaans minder gepolijst, heeft een ander oogmerk: entertainment met een randje.
De Jazz Society zit tussen de emoties van een big band en het hoge luistergehalte van een jazzorkest in. Welke typering van deze zijde dan ook, het ene groepsconcept is niet beter dan het andere. Smaak en moment spelen een belangrijke rol.
De cd opent met een Genesis 2.0, het nummer Obliquity And The Elliptical Path Around The Sun met daarin een fabeltastische solo van de componist Koen Smits. Alle nummers op de cd zijn eigen composities van de band. Waarin de componisten kennelijk uitgedaagd zijn om te schrijven met een solo voor zichzelf.
Trompettist Dave Vreuls maakte de meeste arrangementen. Rietblazer Guus Janssen (familie van of toch de pianist?) nam drie arrangementen voor zijn rekening en pianist Robert Koemans een van de tien.
Hoe knap ook gearrangeerd en hoe talentvol gespeeld ook, je bent blij als je als luisteraar een keer naar adem kunt happen. Zoals in nummer negen, Letter To J.M., met Vreuls als solist. Heel veel nummers zijn zo vol qua arrangement dat het de muziek potdicht kleit.
Bewondering van het publiek voor virtuositeit en muzikaliteit kent zijn grenzen. Operacomponisten zoals Verdi en Rossini en Puccini nipt, die begrepen dat, in hun composities, orkestraties en aria’s. Het ego van met name de zanger-solist moet kunnen stralen, maar gedoseerd. Muziek maken en luisteren mag best lekker zijn. Ook Duke Ellington, met zijn klassiek-orkestrale ambities begreep dat.
Neem nu nummer vijf van Hookin’ Up, het nummer Lazy Lady. Gezien het tempo is die dame overigens niet zo en daartoe krijgt ze ook niet de kans. Na een veelbelovende opening door trombonist-componist Sam Thomas met ruimte en tijd krijgt het gejakker van de band al snel de overhand. De gejaagde tutti vliegen je om de oren, zoals in veel nummers op deze cd.
Daarom, tot slot, ook voor de Red Light Jazz Society is nastreven van less is more een goed, zo niet beter uitgangspunt. Meer met minder, denk maar aan de dames achter het raam.
JAN BOL
RED LIGHT JAZZ SOCIETY – HOOKIN’ UP
Zennez Records (ook te verkrijgen als 2-lp op formaat 10 inch)
Guus Janssen – sopraan- en altsaxofoon, fluit, klarinet
Mo van der Does – altsaxofoon, klarinet
Gideon Tazelaar – tenorsaxofoon, fluit, klarinet
Stan van de Wetering – tenorsaxofoon, fluit
Jessie Brevé – baritonsaxofoon, fluit, basklarinet
Dave Vreuls, Koen Smits, Robin Rombouts, Thijs van den Geest, Tom Ridderbeekx – trompet, flugelhorn
Alex Van Abeelen, Jeroen Verberne, Sam Thomas – trombone
Bart Van Gorp – bastrombone, tuba
Gijs Idema – gitaar
Robert Koemans – piano
Cas Jiskoot – contrabas
Wouter Kühne – slagwerk
Bij jullie wil ik horen!