Mark de Jong en Daisy Correia
Mark de Jong en Daisy Correia

Het lijkt een beetje een trend te worden onder de nationale artiesten. Bekende musici die, vaak, als voorbeeld voor deze artiest dienen of gediend hebben voor het voetlicht te plaatsen in ‘een ode aan’-tournees. Zo was Michael Varekamp met ‘Louis’ al te gast in de recensies op jazznu.com, deed Sabrina Starke een Bill Withers- en een Nina Simonetribute. Ging Lilian Vieira ons voor in de clichévorming rondom Brazilië. Deze dag was het de beurt aan Daisy Correia om een ode te brengen aan Amália Rodrigues en haar publiek het levensverhaal over deze fadozangeres te vertellen. 

Daisy Correia is een Nederlandse fadozangeres, met een Nederlandse vader en een van oorsprong Portugese moeder. Na enige omzwervingen in de muziekwereld belandt ze bij haar oorsprong en gaat verder binnen dit genre. Voor een tot de laatste stoel gevuld Theater Dakota opent zij op indrukwekkende wijze haar optreden. Vanuit de coulissen klinkt alleen de glasheldere stem van Correia met Grito, een stem die langzaam aanzwelt als ze het podium betreedt. Gedurende het nummer verschijnen de andere muzikanten voor deze avond, om plaats te nemen achter hun instrumenten. Niet geheel in de klassieke-fadobezetting, want naast de guitara (Portugese gitaar) hier met de achtsnarige gitaar en contrabas ook een vleugel en percussieset.

Joeri de Graaf en Antonio Carlos Costa
Joeri de Graaf en Antonio Carlos Costa

INLEIDEND VERHAAL

Hierna wordt het publiek direct bij het optreden betrokken met een inleidend verhaal over het leven van Rodrigues, de zangeres die de wereld kennis heeft laten maken met deze kunstvorm. Een publiek dat vanavond vooral uit bezoekers van middelbare leeftijd bestaat of jongere bezoekers die een binding lijken te hebben met Portugal. Waarbij Daisy Correia aangeeft meer dan geïnspireerd te zijn door Amália Rodrigues, maar een andere persoon te zijn en dus ook niet met haar vergeleken wil worden.

De volgende fado die het publiek krijgt voorgeschoteld is Com Que Voz, geschreven door Rodrigues en gebaseerd op een gedicht van de Portugese trots Luís Vaz de Camões. Opgevoerd in de klassieke fadosetting met contrabas (Marko Bonarius), achtsnarige gitaar (Joeri de Graaf) en de Portugese gitara (António Carlos Costa). Vanuit haar ziel laat Daisy Correia de muziek de zaal instromen, spatzuiver en slechts licht ondersteund door de instrumenten. Na een aantal fado’s is het tijd voor een Portugees volkslied met solistische ruimte voor de musici. Terwijl ze door de zangeres,  genietend tussen de coulissen, worden aangemoedigd.

Na de pauze is het tijd voor een fado over de stad Coimbra, waar nog steeds elke avond in de kapel de fado wordt gezongen. Een fado die geopend wordt door een partij van een paar minuten op de contrabas. Waarna Daisy Correia invalt met zang, hetgeen een wondermooie combinatie blijkt te zijn. Opnieuw die indringende intensiteit waarmee de fado gezongen wordt, met helaas hier en daar een toontje ernaast. Wellicht juist veroorzaakt door diezelfde intensiteit. Het maakt het aanwezige publiek niet uit, dat luistert aandachtig, vastgekluisterd aan de stoelen.

EIGEN STEMPELS

Omdat er vanavond wel een hommage aan Rodrigues gebracht wordt maar er, terecht, ook eigen stempels gezet worden, wordt Dam ten gehore gebracht. Wat staat voor Daisy Amália Medley, waar de fado in het Spaans, Frans en tenslotte Italiaans wordt gebracht. Net zoals Amália Rodrigues dat zoveel als mogelijk deed in de landen die zij bezocht om op te treden.

Casa Portuguesa
Casa Portuguesa

Tijd voor een échte tranentrekker, zelfs voor een dramatische fado. Met Lágrima wordt een indrukwekkende uitvoering neergezet. Gevolgd door het niet onomstreden Mae Preta wat ingaat op de tijd van de slavernij en tijdens het bewind van Salazar ronduit verboden was. Omdat Amália Rodrigues de muziek te mooi vond om het niet te laten horen herschreef zij tijdelijk de tekst en noemde het stuk Barco Negro (zwarte boot). Met Frank Keizer op vleugel zingt Daisy Correia Amalia na gente, geschreven door Amélia Muge en op muziek gezet door Daisy zelf en opgedragen aan de koningin van de fado. In Fadista, een door Herman Pieter de Boer geschreven hommage aan Rodrigues wordt de bewondering voor deze fadozangeres die dit genre wereldwijd bekend maakte niet onder stoelen of banken gestoken.

Met Grito, de fado waarmee het optreden ook gestart werd, verlaten de muzikanten langzaam het podium waarna Daisy Correia als laatste, zonder enige begeleiding, zingend ook van het podium verdwijnt. Een stuk waarin zij laat horen over een enorm stembereik te beschikken, maar die stem ook van zeer klein tot op een hoog volume volledig onder controle te hebben. Na een staand applaus keert het gezelschap terug voor twee toegiften: Canção Do Mar, het lied van de zee en Uma Casa Portuguesa, gedeeltelijk in het Nederlands gezongen, wordt de avond afgesloten.

Daisy Correia
Daisy Correia

KRACHTIG OVEREIND

Met het vertellen van het levensverhaal van Amália Rodrigues is Daisy Correia niet in de valkuil terecht gekomen van enig ‘soundmixshow’-gehalte. Zij heeft zichzelf krachtig overeind gehouden en slechts de fado gebruikt om haar verhaal kracht bij te zetten. De komende tijd zijn er nog twee optredens gepland, maar op het internet zijn ook alweer aankondigingen voor volgend jaar te vinden. Logisch, immers er staat een albumrelease met de muziek uit deze theatershow voor later dit jaar gepland.

tekst en beeld JAN PIET HARTMAN

Daisy Correia met ‘Uma Casa Portuguesa’,
Theater Dakota Den Haag, 16 april 2016

www.daisycorreia.com

Daisy Correia – zang
Frank Keijzer – piano
Mark de Jong – percussie
Marko Bonario – contrabas
Joeri de Graaf – gitaar
António Carlos Costa – gitara Portuguesa

Previous

Kris Bowers verlegt spelenderwijs grenzen jazz

Next

DIRK BRUINSMA (RONDETIJD 5:33;66)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook