De rellen in Charlottesville, vorig jaar en het overlijden van Winnie Mandela, amper een week geleden, maakten deel uit van een indringend concert dat het E.J. Strickland Quintet verzorgde in Paradox. Het was het enige in Nederland en daarmee mag Paradox verguld zijn, want niet alleen de politieke en maatschappelijke inborst van de bijzondere musicus Strickland kwamen voorbij, ook diens muzikale inzichten stemden tot een behaaglijke bezonkenheid bij de toehoorders.
Toen na de free-jazz in de jaren zestig en de fusion-jazz een decennium later, de neo-bop als tegenhanger ervan zijn intrede deed in de jazzmuziek, leek er een periode van conservatisme te zijn aangebroken. Zo althans zagen velen dat, met name omdat de niet van moderniteit druipende Wynton Marsalis er de vaandeldrager van werd. Toch kun je neo- of post-bop ook anders zien: als de eigentijdse voortzetting van de bebop en hardbop uit het midden van de vorige eeuw. Enig conservatisme zit daar met dat teruggrijpen natuurlijk wel in, tegelijkertijd werd neo-bop een nieuwe – minieme – stijl binnen de inmiddels eindeloze rij van jazzstijlen.
HARDBOP
Het E.J. Strickland Quintet is een waardige representant van de neo-bop. De vijf musici leggen iets meer nadruk op het element hardbop dan op de bebop. Met als gevolg dat hun muziek een intellectualistisch randje meekreeg. En dat was nu net de ademstoot die het optreden fors de lucht in stuwde. Als individu waren ze – enigszins op pianist Taber Gable na, maar die was vervanger voor Vincent Gould – allen even sterk. Weldoordacht op elkaar ingespeeld, ook al was dit pas het derde concert van een Europese tournee. Het repertoire van de hand van leider Strickland was niet hemelbestormend, maar het gaf wel volop mogelijkheden ieders individuele kijk erop los te laten.
De collectieven van E.J. Strickland c.s. deden denken aan de kwartetten van George Adams en Don Pullen uit de jaren tachtig. Breed gedragen muziek, gestoeld op de logica en orkestrale inslag van Charles Mingus en de emotionele uitwerking ervan door de groepsleden. Met een alt- en tenor-/sopraansaxofonist in de frontlinie trok Strickland het concept nog breder. Verrassingen zaten vaak in de opbouw van de stukken. Er werd zodanig geïmproviseerd op zowel thema als uitvoering dat naarmate de compositie vorderde de inzet ervan snel uit je geheugen werd gewist. En dat was een bijzondere ervaring.
INDIVIDUALIST
Het openingsstuk van het concert bevatte een lange, imposante solo van altsaxofonist Godwin Louis en voerde langs diverse tempi. Het spel van drummer Strickland viel meteen op door zijn enorme intensiteit, dadendrang en verbeeldingskracht. Hij is een ware individualist, die het voor elkaar kreeg zijn excellente klasse gedurende twee sets volledig op peil te houden. In elke noot was hij aanwezig, hij liet zijn fantasie een dollemansrit maken, terwijl hij tegelijkertijd heer en meester was over niet alleen zijn eigen muziek, maar ook die van de anderen. Zijn vier metgezellen waren als snelheidsmaniakken aan hem gewaagd, een staat-van-zijn waarin het kwintet zich het meest thuis voelde.
Zoals opgemerkt is de individuele kracht van de mannen van het E.J. Strickland Quintet het opmerkelijkst. Altsaxofonist Godwin Louis mocht daarin voorop lopen, de wijze waarop na een brute solo tenorsaxofonist Jure Pukl op zijn gemak het voortouw overnam, zorgde voor een hel oplichtend contrast. Contrabassist Josh Ginsberg was een jongere uitgave van Charlie Haden, door de manier waarop hij over zijn bril naar de partituur tuurde. Waarbij dient opgemerkt dat Haden dat heel wat minder deed. Toch had deze attitude waarschijnlijk een doel: Ginsburg verschafte zichzelf de mogelijkheid slechts op zijn gehoor een verbond te smeden met de slagwerker en zodoende al zijn aandacht te richten op hetgeen hij persoonlijk te vertellen had.
GEËNGAGEERD
Slagwerker/leider Enoch Jamal Strickland gaf niet alleen achter zijn drumstel een aangename indruk, ook in zijn contact met het publiek was hij uiterst sympathiek. Hij bleek ook een geëngageerd persoon waar het over politiek en maatschappelijke kwesties ging. “Wat in Charlotsville – Virginia gebeurde (de extreemrechtse rassenrellen vorig jaar augustus, rvdh) dreef mij uit woede een stuk te schrijven. Maar nadien besloot ik Warriors For Peacete componeren, met de bedoeling gelijkheid tussen mensen te creëren.” En verderop in het concert vertolkte het kwintet Transcendence, een stuk dat Strickland schreef bij het overlijden van Nelson Mandela en nu weer acteueel werd door het heengaan van zijn vrouw Winnie.
Opmerkelijk was de keuze voor Ballad For All Mankind, dat een mooi tussenstuk bevatte voor contrabassolo, met een fluisterende piano en drums op de achtergrond. Ondanks de balladevorm draaide de compositie uit op een krachtige tweespraak tussen alt- en sopraansaxofoon met een indringende drumsolo met talloze gebroken ritmes. In feite verliep het gehele concert zo: steeds werd naar de hemel gereikt en werd afgegrazen terrein voorzien van nieuw zaad.
RINUS VAN DER HEIJDEN
Foto’s GEMMA VAN DER HEYDEN
The E.J. Strickland Quintet – European Tour, April ’18
Paradox Tilburg, 6 april ’18
Godwin Louis – altsaxofoon
Jure Pukl – tenor- en sopraansaxofoon
Taber Gable – piano
Josh Ginsburg – contrabas
Enoch Jamal Strickland – drums