Jerome Hol sneed als een mes door de blues.

Het leek dit jaar allemaal een beetje anders te gaan. De toegang van Ahoy was verplaatst, sommige zalen hadden een andere naam gekregen, maar uiteindelijk was toch alles bij het oude gebleven. Het was druk, druk, druk en regelmatig moesten volle zalen gesloten worden. Ook gebleven waren de opwinding, verrassing en teleurstellingen die bij dit jazzfestival horen.

Bij de O’Jays verandert zelfs niet de kleur van hun kleding.

Op zoek naar een rode draad voor deze eerste dag leek het even of deze te vinden was bij het Amerikaanse slavernijverleden, doorgetrokken naar het huidige racisme en de onvermijdelijke Donald Trump. In de eerste minuten van dit festival werden gruwelijke beelden geprojecteerd van slavenhandel terwijl de O’Jays het podium betraden. De O‘Jays zijn voor iedereen boven de vijftig jeugdsentiment, het archetype van de Philly Sound uit de jaren zeventig. De bell-bottombroeken waren verdwenen, de felrode kleur van hun outfit gebleven. Dit trio, nog steeds in de originele bezetting van jaargang 1942-’43, drijft op zijn grote hit Love Train, maar dit drijven werd jammer genoeg iets te letterlijk genomen. Het was vrolijk en vermakelijk, maar veel om het lijf hebben de O’Jays niet meer.

ANDERE KOEK

Maria Schneider

Orkestleidster Maria Schneider diende heel andere koek op. Met strakke hand leidde ze haar geweldige orkest door haar niet al te eenvoudige composities. De muziek refereerde aan klassieke symfonieorkesten en ook aan harmonie en fanfare, maar was bovenal een klassieke jazz-bigband. Maria Schneider liet zich inspireren door de natuur en deed de complexiteit daarvan in haar muziek doorklinken. Zo vroeg in de avond zo’n hoogtepunt is niet elk jaar North Sea Jazz gegeven.

De compositieopdracht van Philipp Rüttgers was uiterst complex van aard.

Zeker zo complex was de compositieopdracht die pianist Philipp Rüttgers ten gehore bracht. Rüttgers had mooie muziek geschreven die voor velen iets te hoog gegrepen was,  zodat de zaal niet eens halfvol was. Deze compositie verdient meer aandacht en is de komende tijd hopelijk nog op rustiger podia te horen. Hetzelfde geldt voor pianiste Kaja Draksler die als winnaar van de Paul Acket Award een octet op het podium mocht zetten. Haar muziek vereiste nog meer aandacht dan die van Rüttgers, met het gevolg dat de zaal vrij leeg was. Het was dan ook geen al te toegankelijke muziek, zeker niet voor een festival waarbij je de zaal gemakkelijker verlaat dan binnenkomt. Mensen die het hele optreden hadden gevolgd, waren laaiend enthousiast.

Kaja Draksler bracht eveneens complexe muziek ten gehore.

IBEYI

De organisatie had voor een verrassing gezorgd door twee zalen van naam te laten wisselen. Zo kwam ik op weg naar soulzangeres Ruthie Foster per ongeluk terecht bij de onbekende Ibeyi. Ibeyi staat voor de tweelingzusjes Naomi en Lisa Kaindé Diaz, twee wilde dames met een eigen benadering van jazz in de breedste betekenis van dit woord. De muziek is in geen enkel hokje te plaatsen, al zou je kunnen zeggen dat het fundament op hiphop is gebaseerd. Toch is het geen hiphop, geen rock, geen jazz. De zusjes bespelen het publiek, zingen razend scherpe teksten en begeleiden zichzelf met een opzwepende beat. Het enige dat duidelijk is, is dat ze improviseren als de beste jazzmusici. Uiteindelijk was dit nog een stuk leuker dan Ruthie Foster, die klassieke soul zingt. Leuk maar niet spectaculair.

Claudio Jr De Rosa vertegenwoordigt echte (lees: ouderwetse) jazz.

Echte (ouderwetse) jazz was er ook. Tenorsaxofonist Claudio Jr de Rosa scheurde door de spelonken van de hardbop. Hij is nog jong en maakte zijn eerste proefvluchten die voorzichtig boven het veld van de grote tenoristen uit zweefden. De Britse trompettiste Laura Jurd zweeft al een tijdje niet meer. Zij vliegt royaal boven de jazz door ongebreideld te improviseren over repeterende motieven die met een straffe beat bij elkaar worden gehouden. We zagen haar later terug bij de inmiddels gearriveerde groep Fellow Creatures van bassist Jasper Høiby, die vaak heftig uit de hoek kan komen. Maar in het deel dat ik meemaakte prachtig, maar vooral tam speelde. Zelfs zanger Kurt Elling, wat je ook van hem vindt de beste mannelijke crooner die we nu hebben, pakte royaler uit. Misschien was het de verrassend mooi spelende trompettist Marquis Hill die hem dat extra zetje wist te geven.

Laura Jurd is een ware improvisator.

NIEUWE ZAKEN

Uiteraard is North Sea Jazz de plaats om nieuwe zaken te ontdekken en met dat doel luisterde ik naar de Mexicaanse pianist Alex Mercado. Ondanks de geweldige recensies die zijn cd’s ontvingen bleek hij jammer genoeg een weliswaar briljante pianist met een duidelijk klassieke opleiding, maar het begrip swing was nog niet door hem ontdekt. Misschien had hij eerst moeten luisteren naar Jerôme Hol, die een laat hoogtepunt verzorgde met snerpend gitaarspel dat als een mes door de blues sneed. Met zulke muziek is North Sea Jazz altijd een succes.

Tekst en foto’s TOM BEETZ

Het North Sea Jazz Festival wordt voortgezet op 14 en 15 juli.

 

www.northseajazz.com

 

Previous

Erroll Garner bovenmaats met ‘Nightconcert’

Next

North Sea Jazz verwent wederom de fijnproevers

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook