Een sober toneelbeeld kenmerkt de opvoering van 'De optocht'.
Een sober toneelbeeld kenmerkt de opvoering van ‘De optocht’.

Hoeveel woorden kunnen twee mannen in bijna drie uur uitspreken? Je zou een exacte berekening moeten maken om er enigszins een beeld van te krijgen, maar als je er een slag naar slaat zijn het er veel, onnoemelijk veel. Zoveel dat je ervan gaat duizelen en wellicht was dit een van de bedoelingen van ‘De optocht’, een muziektheaterstuk van schrijver Toon Tellegen dat deze middag in première ging.

Toon Tellegen is schrijver en verwierf bekendheid door zijn aandoenlijke fabels over dieren. In de wereld van de jazz vestigde hij zijn naam doordat hij sinds 2003 samenwerkt met gitariste Corrie van Binsbergen. Drie maanden geleden is hij 75 jaar geworden. Tijd om zijn magnum opus, het prozagedicht De optocht, af te gaan maken. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want de auteur werkt er al jaren aan. In 2012 kwam een eerste boekversie uit en inmiddels kent het werk, dat als ondertitel Verslag van een ooggetuige meekreeg, vier drukken. Of de productie nu is voltooid, is nog altijd de vraag, maar het muziektheaterstuk De optocht, verslag van een ooggetuige, is dat wel. Zoals het een schrijver betaamt, is De optocht een verkenningstocht langs alle krochten van de Nederlandse taal, met duizenden woorden – “Vier- tot vijfduizend woorden komen er maar één keer in voor”, beweert Tellegen – waarmee een genadeloze blik wordt geworpen op de mens in al zijn hoedanigheden.

Han Buhrs en Joop Keesmaat dragen de teksten voor.

ONTELBAAR

Die komt bijna drie uur lang in ontelbare gedaantes voorbij. Je herkent er je vader in, je buurvrouw, je nicht, je werkgever, je apothekersassistent, je grootmoeder, je loodgieter, je marktkoopman, je leraar van de basisschool, je van politiek bezeten collega, je overleden studiegenoot, je, je, je… Het is niet bij te houden, de vaart van de woorden in De optocht loopt gelijk op met de types mensen die met zijn allen De Mensheid vormen. En die is middelpunt van dit bijzondere kunstwerk.

Want dat is het: de mengeling van tekst, muziek, mime, theater en vormgeving is gegroepeerd rond personages die aan het dagelijks leven zijn ontleend. Ook al worden ze omschreven als ‘laffe lakeien van apathie’, als ‘smaakmakende boekhouders van het wantrouwen’, ‘jezuïeten van de wansmaak’ en ‘missionarissen van de spraakverwarring’. Het zijn mensen met hun bijbehorende eigenschappen die analoog aan de titel van de voorstelling, in optocht voorbij komen. Naar een onbekende bestemming. Geluk en ellende gaan daarbij hand in hand. Waardoor je – al was het maar vanwege de duur van de voorstelling – een onheilspellende stoet waaraan geen einde lijkt te komen, aan je geduld en bevattingsvermorgen voorbij ziet trekken. En altijd is daar ook de parade van woorden, die even duizelingwekkend is.

Een mimespeler beeldt zeven verschillende Verschijningen uit.

Alles draait om de muziek en die ontelbaar vele woorden van Toon Tellegen. Vaak om zelfstandige- en bijvoeglijke naamwoorden, maar verderop in de voorstelling ook om zinnen die duiden. Terwijl ze dat vaak ook vaak niet doen. Er zijn diverse momenten in de productie waarin de woorden rekwisieten zijn, ondergeschikt gemaakt aan de muziek van componist Piet-Jan van Rossum. Muziek die enerzijds bestaat uit een onafzienbare verzameling geluiden en anderzijds via de geluidsinstallatie voortgebrachte klanken van conventionele muziekinstrumenten. Die wel of niet worden gemengd met de live-muziek die twee violisten, een cellist, fluitist, pianist, harmoniumspeler en percussioniste vanaf het podium ‘bijmengen’. Dit alles maakt de compactheid van De optocht nog ondoordringbaarder en draagt zeker bij aan het net van abstractheid dat over de voorstelling is gespannen en naarmate het eind nadert, steeds strakker wordt getrokken.

Mimespeler Anton van der Sluis in zijn gele vissersbroek.

GEDICHTEN

De woorden van Toon Tellegen moeten worden gezien als gedichten. Ze worden tot klinken gebracht door acteur Joop Keesmaat en performer/zanger Han Buhrs, de ooggetuigen die de mensen en hun wereld beschouwen. Ze krijgen visuele ondersteuning door mimespeler Anton van der Sluis en muzikale spankracht door het Ives Ensemble. Alles speelt zich af in een decor dat wordt gedomineerd door een uit rechthoekige houten blokken bestaand vierkant. Dat wordt gaandeweg uiteen gehaald en deel voor deel elders op het podium van een nieuwe functie voorzien: als looppad en als zit- of ligplaats voor de beide tekstsprekers. De mimespeler beeldt zeven Verschijningen uit, die aan het werk van de middeleeuwse schilders Jheronimus Bosch en Lucas Cranach de Oude lijken te zijn ontleend. De verschijningen dragen witte kleren met kleurrijke accenten en telkens veranderende, witte maskers. Enerzijds Bosch en Cranach derhalve, anderzijds de witte akeligheid van het Japanse nô-theater en butohdans. Daar zitten knappe staaltjes bij: de mimespeler in een soort hoepelrok in Delftsblauw met middeleeuwse figuren erop afgedrukt en een spierwitte man met een eveneens witte zuidwester en sneeuwlaarzen onder een knalgele vissersbroek. En zeker de Witte Godin, hier zinnenbeeld van disharmonie in deze ritueel vormgegeven wereld, die majestueus de voorstelling afsluit.

De veelal trage handelingen op het toneel staan haaks op de muziek die je steeds onrustiger maakt. Autogeluiden, industriële herrie, vogelgekrijs, elektronische klanken, rumoer van de straat, het suizen van elektriciteitskabels, kraken van een grammofoonnaald, geroezemoes van stations, het buitelt en tuimelt alsmaar over elkaar heen. Drie uur lang. Wat conventioneler muzikale klanken zijn vals, onbeschaamd, verstorend. Als later het Ives Ensemble live gaat vertolken vanaf het podium lijkt de tocht naar de hel grotendeels volbracht en sluipt er voor de inmiddels losgeslagen toeschouwer enig houvast in deze lopende zenmeditatie. Toch hadden op dat moment bij de première al zo’n dertig toeschouwers de zaal verlaten.

De dagelijkse, kunstig vormgegeven, voorwerpen benadrukken de menselijke kant van ‘De optocht’.

VERBEELDING

Alleszins begrijpelijk, want Toon Tellegen, het Ives Ensemble en de overige vertolkers, laten alles aan de verbeelding van de kijker/luisteraar over. Niet met zoetgevooisde handelingen, maar met de opdracht opnieuw te leren luisteren en kijken. Daar is een hoge mate van acceptatie voor nodig, moet soms de menselijke rede voor worden uitgeschakeld en  – en nu gaan we citeren – ‘de hoogdravenden, de bedeesden, de doodzieke CEO’s, de gesoigneerde kadavers in de dop, de hoogblonde maintenees van innig tevreden adonissen, de veelbesproken woordvoerders van de uit zijn voegen barstende middenklasse’ en let op: ‘zij die geloven dat zij anders zijn dan anderen’ op de koop toe worden genomen. Wie dat deze middag kon en zij die de voorstelling nog gaan zien en dezelfde bereidheid tonen, die hebben een fascinerend evenement meegemaakt. Zij zijn de ware ooggetuigen van De optocht.

‘De optocht’ wordt nog opgevoerd op 8 maart in Muziekgebouw aan ’t IJ, Amsterdam en 9 maart in De Vereeniging, Nijmegen. Meerdere voorstellingen in het seizoen 2017-18.

RINUS VAN DER HEIJDEN
beeld GUUS RIJVEN

Ives Ensemble met ‘De optocht’ van Toon Tellegen
Korzo Den Haag, première op 19 februari ’17

Toon Tellegen – tekst
Ives Ensemble – muziek
Piet-Jan van Rossum – compositie
Han Buhrs – tekstvoordracht
Joop Keesmaat – tekstvoordracht
Anton van der Sluis – mime
Petra van der Schoot – regie en vormgeving

WWW.IVES-ENSEMBLE.NL

 

Previous

Einzelgänger: gymnastisch staaltje van spierkracht

Next

Ben van Gelder (rondetijd 7.02,32)

1 comment

Comments are closed.

Lees ook