Musicus en vrijheidsstrijder, vernieuwer en Zuid-Afrikaans cultuurbewaker Hugh Masekela is dood. Hij stierf op 23 januari in Johannesburg aan prostaatkanker. Hij werd 78 jaar. De man die bij leven al een legende was, speelde met hetzelfde gemak met zijn landgenoot, pianist Dollar Brand – nu bekend als Abdullah Ibrahim – als met Jimi Hendrix. De bugelspeler die werd geboren in een land dat als geen ander grenzen stelde aan zijn zwarte inwoners, werd de voorvechter van hen die snakten naar grenzeloze vrijheid. Hugh Masekela slaagde daarin glansrijk. Hij was de muzikale bevrijder van Zuid-Afrika.

 

Hugh Masakela. Foto Sarah Lee

De loopbaan van Hugh Masekela (1939) is doordrenkt geweest van zijn strijd tegen apartheid. Dat begon al toen hij op 15-jarige leeftijd hoorde van Regina Brooks, een blanke vrouw die als zwarte wilde worden opgenomen in Soweto. Dit vanwege haar uit een zwarte vader geboren kind Thandi. Haar strijd – ‘Jy is ’n vuil vark, sy is ’n regte kommunis’ – werd de zijne. Het zal absoluut aan zijn beginnende interesse voor jazzmuziek hebben gelegen dat hij samen met Dollar Brand in 1959 de groep Jazz Epistles oprichtte, de eerste zwarten die in Zuid-Afrika een plaat opnamen. Maar zekerder is dat hij jazzmuziek zag als dé manier om vrijheid te prediken. Vrijheid niet in woorden, maar in noten die heel Zuid-Afrika, van hoog tot vooral laag zou begrijpen. Vrijheid die Hugh Masekela en zijn vele miljoenen landgenoten nog tot 1990 niet gegund zou zijn.

VOORVECHTERS

Hugh Masekela móet worden beschouwd als een van de voorvechters die het rassenscheidingssysteem van Zuid-Afrika en Namibië daadwerkelijk hebben bestreden. Toen het eindelijk zo ver was in 1990, stond Masekela wéér op de barricaden, nu met het vrijheidslied Bring Him Back Home, dat het strijdlied werd van de anti-apartheidsbeweging. Dit muzikale pleidooi voor vrijlating van Nelson Mandela is kippenvel bezorgend. ‘Ik wil hem door de straten van Soweto zien lopen’, zong-schreeuwde de in de volle bloei van zijn leven zijnde Hugh Masekela, om dan moeiteloos over te gaan op overrompelend spel op zijn bugel. Bring Him Back Home heeft dezelfde intensiteit als Bob Marley’s One Love, die andere soldaat die vocht voor vrijheid, hij voor die van zijn rastageloof.

En dan was er nog Soweto Blues, met zijn boodschap nog ijzingwekkender dan Bring Him Back Home. Hugh Masekela schreef het stuk in 1977 als protest tegen Soweto Uprising, de studentenopstand uit 1976 waarbij ten zuidwesten van Johannesburg meer dan vijfhonderd scholieren door politiekogels werden vermoord en vele honderden gewond raakten. Dit drama bleek de eerste grote stap van de strijd voor afschaffing van apartheid. Die andere enorme Zuid-Afrikaanse persoonlijkheid, zangeres Miriam Makeba – met wie Masekela van 1964 tot 1966 was getrouwd – zong het voor het eerst op het album You Told Your Mama Not To Cry van de bugelspeler, zanger en componist. Soweto Blues werd het volkslied van zwart Zuid-Afrika en Miriam Makeba bleef het vertolken tot haar overlijden in 2008.

HERHALEND RITME

De muziek van Hugh Masekela wortelt in Zuid-Afrika én in jazz. Wie Bring Him Back Home (Nelson Mandela) beluistert – bijvoorbeeld de opname die is gemaakt tijdens de Gracelandtour van Paul Simon – wordt geraakt door het strakke, zich herhalende ritme van het stuk, wortelend in de oerritmes van de zwarte Afrikanen. En wie de wereldhit Grazin’ In The Grass hoort, merkt onmiddellijk de rechtstreekse lijnen met de Afro-Amerikaanse jazz. Masekela’s voorkeur voor koperinstrumenten, de toeters die stonden aan de wieg van deze muziekstijl, is in alle periodes van zijn ontwikkeling duidelijk te onderscheiden. Hugh Masekela zou je daardoor de aartsvader van de Zuid-Afrikaanse jazz kunnen noemen.

Daar zijn echter meer redenen voor. De mondiale opgang van Afrikaanse muziek die inzette in de jaren tachtig, is deels te danken aan Masekela. De kwela-invloeden – de vermenging van pop en Zuid-Afrikaanse volksmuziek uit de townships – spraken de hele wereld aan. En Hugh Masekela’s samenwerking met Fela Kuti verspreidde zijn boodschap definitief. Hij had de Afro-Amerikaanse muziek aanvankelijk ‘nodig’ voor zijn strijd om gelijkheid, maar toen de politieke storm in Zuid-Afrika was geluwd, keerde hij in de jaren zeventig en tachtig terug naar de wortels. De zo typische Zuid-Afrikaanse mbaqanga-ritmes mengde hij met funk. Herb Alpert werd in die periode zijn maatje en hoe dat klinkt is onder meer te horen op het live-album Main Event. En overal en altijd bleef zijn roep om gerechtigheid klinken, opdat slavernij en apartheid nimmer werden vergeten. “Ik ben voor heel mijn leven schatplichtig aan mijn verleden. Mijn grootste obsessie is Afrikanen en de rest van de wereld tonen wie de mensen van Afrika echt zijn”, zei hij eens in een interview.

Hugh Masakela. Foto Sarah Lee

CLIFFORD BROWN

Hugh Masekela werd op 4 april 1939 geboren in Witbank bij Johannesburg. Hij was de zoon van een inspecteur die de gezondheid in township Sharpeville moest controleren. Vader was kunstzinnig aangelegd; naast beeldhouwer was hij liefhebber van jazzmuziek. Uit zijn grote platencollectie trok de jeugdige Hugh veelvuldig albums van Dizzy Gillespie en Clifford Brown. Zij waren het dan ook die hem de weg wezen naar de trompet, bugel en cornet. Op 21-jarige leeftijd vertrok Hugh Masekela uit Zuid-Afrika naar Londen en later naar New York, waar hij op de Manhattan School of Music terecht kwam. Nog tijdens zijn opleiding daar formeerde hij zijn eerste eigen groepen. Na dertig jaar keerde hij terug naar zijn geboorteland. Terug naar zijn land, waarvan hij ooit zei dat elk zwart kind vanaf zijn geboorte het politieke systeem ging bestrijden.

Tijdens zijn decennia durende afwezigheid in Zuid-Afrika, toen zijn roem alsmaar steeg, kreeg hij het verzoek van de blanke machthebbers om terug te keren naar ‘zijn’ land. Hugh Masekela vertikte het. Hij zag het als een dolkomisch gebaar dat zomaar uit de koker van de Marx Brothers had kunnen komen en uiteraard niet serieus kon worden genomen. Nadat hij toen de apartheid was opgeheven in Zuid-Afrika was terug gekeerd, sprak hij zich meermalen uit over de blanke uitbuiters: “Ik heb de kracht niet meer om hen te vergeven. Maar dat zij vijfhonderd biljoen dollars hebben verdiend over de ruggen van hun zwarte slaven, kan nooit worden vergeven.” Waarbij hij tegelijkertijd constateerde dat er nog altijd geen sprake was van gelijkheid tussen blank en zwart.

GEEN SPIJT

En nu is Hugh Masekela dood. In een interview met The Guardian werd hem enkele jaren geleden gevraagd of hij ergens spijt van had. Nee, was het antwoord. “Ik denk dat mensen die ergens spijt van hebben, denken dat ze hun leven kunnen overdoen. Maar elke dag komt maar één keer voorbij.” En op de vraag of hij in een god geloofde, kwam het prachtige antwoord: “Ik geloof niet in een georganiseerde godsdienst en heb er ook geen tijd voor, omdat ik alleen maar met muziek bezig ben. Wat ik doe is heel spiritueel, omdat ik 24 uur per dag met mijn eigen godsdienst bezig ben. Als er een god is, zou hij zich zorgen moeten maken zoals wij ons elke dag zorgen maken over hem. Want als wij niet onderweg zijn, zijn wij in de studio.”

En zo is het maar net.

RINUS VAN DER HEIJDEN

 

www.hughmasekela.za

 

Previous

Fijne smaakproefjes uit Brussels Jazz Festival 2018

Next

Paarlemoeren randjes aan ‘Trance’ van Artvark

1 comment

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook