De jazz in de Willem Twee Toonzaal, een van de mooiste concertzaaltjes van Nederland met een prachtige akoestiek dat gevestigd is in de voormalige synagoge van Den Bosch, werd jarenlang geprogrammeerd door trompettist Jeroen Doomernik. Dit jaar ging hij zich op nieuwe activiteiten concentreren en stopte ermee. De programmering werd overgenomen door Tim Sprangers die de basis van Doomerniks programmering verder uitbouwt. Sprangers zal andere accenten aanbrengen en zijn eerste project met duo’s ging deze avond van start.

“Ik wil spanning en verrassing in de muziek brengen”, vertelt Tim Sprangers. Duo’s bij elkaar brengen van muzikanten die niet eerder in deze setting met elkaar speelden is een uitdaging die bijzondere resultaten kan opleveren, maar ook faliekant kan mislukken. Deze eerste keer met twee duo’s met een tegengestelde sfeer leverde een bijzonder concert op, en dat smaakte naar meer.

De avond werd geopend door trombonist Louk Boudesteijn en gitarist Anton Goudsmit. Op zich is dit al een bijzondere combinatie met een aparte klankleur. Goudsmit staat bekend als een extroverte gitarist die heftig tekeer kan gaan. Met Boudesteijn, een trombonist die de klassieke trombone jazzstijl hoog in het vaandel heeft staan, hoorden we Goudsmit op zijn meest minimalistische manier spelen. De snaren werden voorzichtig aangeslagen alsof ze breekbaar waren. Goudsmit speelde zo zacht dat zijn gitaarversterker die dit niet gewend was, er zo van schrok dat hij het begaf.

Goudsmit doodde de tijd om een nieuwe versterker aan te sluiten met het tappen van enkele moppen waarmee hij een onbekende kant van zichzelf liet horen. “En nu iets completely different”, riep hij, waarna Boudesteijn gemene klanken uit zijn trombone perste en Goudsmit met vilein messcherp gitaarspel er commentaar op gaf. Dit duo zocht het in een vrije interactie die bij elkaar werd gehouden met flarden voorbijdrijvende jazzstandards. “We doen maar wat”, verklaarde Goudsmit toen wilde associaties, wel of niet op basis van standards, door de Toonzaal vlogen. Een grote onderschatting van de fraaie klanken die dit alles opleverde en eindigde met een ontroerend Love Me Tender van Elvis Presley.

Na de pauze werd uit een heel ander vaatje getapt. Ernst Glerum die we vooral kennen als contrabassist en dit keer piano speelde werd aan tenorsaxofonist John Dikeman gekoppeld. Dikeman kondigde nog net aan dat hij spirituals, hymnen en gospels ging spelen ter ere van Albert Ayler, maar verder werd er geen woord gesproken. Dikeman zette zijn toeter aan de mond en perste er meteen, zo hard en zo hoog mogelijk, een dijk van geluid uit. De toon was gezet.

John Dikeman, geboren in Nebraska en opgegroeid in Wyoming, USA, woont al jarenlang in Amsterdam, is bezeten van de muziek van Albert Ayler en met name van de spirituele kant van deze tenorgigant. Dankzij Dikeman komt Ayler tot leven en wordt voorkomen dat hij in vergetelheid raakt. De spirituals en hymnen volgden elkaar in een razend tempo op. Glerum speelde prachtig piano met precies de juiste reli-akkoorden en samen met het meer dan zaal vullende geluid van Dikeman werd God in de voormalige synagoge naar zijn huis teruggebracht.

Dikeman is de preacher, Glerum zijn organist. Dikeman spuugt zijn flageoletten eruit en Glerum schreeuwt op de piano ‘fasten your seat belts’. Dikeman vliegt uit de bocht, gaat over de kop en Glerum zorgt dat hij daarna gewoon verder kan rijden. De enorme energie die Dikeman in de religieuze muziek steekt en die nog een stapje verder gaat dan bij eerdere Ayler-adepten zoals Frank Wright en Charles Gayle, is een overweldigende afrekening van Dikeman met het geloof. Hoe harder hij speelt, hoe harder hij zich afzet. En hoe mooier en intenser een hymne als Abide with me en een gospel als Angels are watching over me gaan klinken.
Foto’s en tekst TOM BEETZ
DUO’s
Willem Twee Toonzaal, Den Bosch, 13 mei 2022
Anton Goudsmit – gitaar
Louk Boudesteijn – trombone
Ernst Glerum –piano
John Dikeman – tenorsaxofoon