Het leek ‘business as usual’ toen vrijdag stipt half drie de toegangspoortjes werden geopend. Alsof North Sea Jazz niet twee jaar achter elkaar gesloten was gebleven. Toch bleek het al snel anders te zijn toen zelfs de meer ervaren festivalgangers hun vertrouwde zalen niet meer konden vinden. In de afgelopen twee jaar heeft Ahoy er een nieuwe vleugel aan gebouwd. Niet alleen is de logistiek daardoor verbeterd en zijn kleine zalen groot geworden, de mededeling ‘zaal vol’ stond minder vaak op de tv-schermen.

Zanger en trombonist Troy Andrews, beter bekend als Trombone Shorty, maakte er een feestje van ging hier een opwindend duel aan met zijn tenorsaxofonist Yirmey Yisrael.
Zanger en trombonist Troy Andrews, beter bekend als Trombone Shorty, maakte er een feestje van en ging hier een opwindend duel aan met zijn tenorsaxofonist Yirmey Yisrael.

Toch had een van de kleinste zalen dapper stand gehouden. De Yenisei, die zo’n laag plafond heeft dat voor een grote contrabas een plafontegel gelicht moet worden, was onveranderd. Slechter zelfs, merkte een bezoeker op want de bar in de zaal was gesloten. Juist in die zaal waren de meest talentvolle nieuwe jazzgroepen geprogrammeerd zoals die van de Zuid-Afrikaanse pianist Bokani Dyer die zich vanuit het winterse Johannesburg in een tropische sauna waande. Het hield hem niet tegen zijn muts op te houden en zijn watervallen van noten over de luisteraars uit te storten, die overgingen in momenten van rust en contemplatie in een concert dat meer op de Amerikaanse jazztraditie dan Soweto was gestoeld. Totdat hij wat A4’tjes in de piano stortte om in African Piano een solo te spelen die eer deed aan de meest gammele piano’s die in die zwarte wijk te vinden zijn.

NSJ heeft veel pop en hiphop geprogrammeerd. Een trend die zich ook laat horen bij erkende jazzmusici. Saxofonist Steve Coleman die onbetwist tot de belangrijke jazzmusici wordt gerekend had een rapper in zijn groep en zelf deed hij wat dat betreft ook mee. Aan musici van zijn formaat kun je dat rustig overlaten. Zijn rap was muzikaal goed, toepasselijk en swingender dan het tegenvallende hiphop-collectief Gabriels dat in een van de grootste zalen het festival opende.

Ook popvedette Diana Ross is zo’n artiest van wie menige jazzliefhebber zich afvraagt wat die op een jazzfestival te zoeken heeft. Iets wat Diana Ross zichzelf ook afvroeg. Nadat ze haar grote hits met The Supremes op golven van jeugdsentiment had afgewerkt, vroeg ze het publiek “Is this a jazz festival?” Zonder het antwoord af te wachten voegde ze eraan toe: “Dan ik ga ik jazz zingen”. Haar uitvoering van Don’t Explain was wonderschoon met een gevoelige link naar Billie Holiday. Had ze dat maar vaker in haar lange carrière gedaan, dacht ik.

Lizz Wright is een vaste waarde op NSJ. Een lange tijd had haar drang tot evangelisatie de overhand in haar muziek. Ze is nu teruggekeerd tot de basis van de gospel en nog zeker zo bevlogen.
Lizz Wright is een vaste waarde op NSJ. Een lange tijd had haar drang tot evangelisatie de overhand in haar muziek. Ze is nu teruggekeerd tot de basis van de gospel en nog zeker zo bevlogen.


Dat hoefden we niet te denken bij zangeres Lizz Wright en zangeres-pianiste Diana Krall. De religieuze Lizz Wright was een lange periode wel heel nadrukkelijk in de Heer. Die periode had ze achter zich gelaten en ze was teruggekeerd in de moederschoot van de jazzgospel, waarmee ze zich weer in de vocale jazztop nestelde. Bij Diana Krall bleek de rampzalige mededeling dat haar trio wegens ziekte niet kwam een ‘blessing in disguise’ te zijn. Krall maakte er een zeldzaam solo-optreden van. De vrolijke standards die ze normaal gesproken als een vervolg op Nat King Cole zong, werden intieme en bezonken nummers waarin haar pianospel een sober en soms zelfs somber karakter aannam en hoorden we Diana Krall alsof ze privé in je eigen huiskamer zat te spelen.

Nu al stond het jonge blueswonder Marcus King in de grootste zaal Nile. Met dank aan de grote schare fans die hij opbouwde na een eerder optreden in het Amsterdamse Paradiso.
Nu al stond het jonge blueswonder Marcus King in de grootste zaal Nile. Met dank aan de grote schare fans die hij opbouwde na een eerder optreden in het Amsterdamse Paradiso.


De blues, altijd een integraal onderdeel van NSJ geweest, is een beetje verdwenen. Niet alleen bij NSJ maar veel fundamenteler op het platteland van het zuiden van Amerika. Dat er toch twee sensationele en jonge bluesmannen gevonden zijn is op zich al een prestatie. Vrijdag stond Marcus King op het grootste podium. Nog maar 26 jaar, geboren in South Carolina en zo wit als een vel papier. Witte blues wordt vaak met scheve ogen bekeken, maar deze King maakte zijn naam waar. Vergeet zijn niet zo opvallend gitaarspel maar geniet van zijn prachtige blueszang. Hier stond hij dus met zijn grote cowboyhoed: de hoop om een nieuw jong publiek te laten luisteren naar de muziek die aan de basis van pop en hiphop staat.

Kingfish is pas 23 jaar maar draagt de geschiedenis van de Mississippi blues in zijn hart. Als hij eenmaal zijn gitaar in handen krijgt weet hij niet meer van ophouden.
Kingfish is pas 23 jaar maar draagt de geschiedenis van de Mississippi blues in zijn hart. Als hij eenmaal zijn gitaar in handen krijgt weet hij niet meer van ophouden.


Een dag later stond Christone ‘Kingfish’ Ingram, die andere grote blues-hoop, in een stampvolle Congo-tent. De Kingfish uit Mississippi heeft een relatief bescheiden stemgeluid maar zijn gitaar laat hij gieren en loeien zoals we dat lang niet meer hebben gehoord. Zijn blues kent geen begin en eind en ging – ook letterlijk – als een perpetuum mobile door de tent. Hij lijkt een anachronisme van de blues, alsof we zestig jaar in de tijd zijn teruggeworpen, maar zijn eigen teksten bewijzen dat hij van nu is.

Het verschil met de Britse Michael Kiwanuka had niet groter kunnen zijn. Bij hem geen blues maar soul. Zijn boterzachte stem en gevoelige teksten hielden de grootste zaal van NSJ in zijn ban. Zijn ingetogen optreden stond op zijn beurt weer in contrast met de broodmagere 26-jarige Congolees-Belgische zangeres Lous. Ze spreekt perfect Engels maar zingt uitsluitend in het Frans. Haar muziek speelt zich met een stevige beat en subtiele doorlopende swing af tussen soul en pop. Niet zij maar Nile Rodgers & Chic maakte de fijnste dansmuziek van de avond. De energie van de inmiddels 69-jarige ‘uitvinder’ van disco lijkt onuitputtelijk. Zijn band is zonder meer de heftigste en hardst swingende band in het amalgaam van pop, soul, disco en een vleugje jazz. Rodgers behoort niet tot, maar ís de hoofdstroom van de populaire muziek van de jaren tachtig en daarna.

Dat kan niet gezegd worden van het merkwaardige optreden van Joe Armon-Jones. Zelf een onopvallend bleke muzikant verstopt achter zijn keyboards, leidde hij een merkwaardig groepje muzikanten die deels gekleed waren alsof ze op de bus stonden te wachten en voor een ander deel alsof ze zich voor een kinderfeestje als kabouter of heks verkleed hadden. Hun muziek was geen openbaring maar wel leuk met een niet bij naam genoemde zanger die hard paffend aan een enorme ‘reefer’ de aandacht naar zich toe trok.

Marley Munroe heeft zich een opvallende gothic outfit aangemeten en gaat nu als Lady Blackbird door het leven. Wie zich niet liet afleiden door haar schaarse kleding hoorde nog steeds een geweldige soulzangeres met de echo van Nina Simone.
Marley Munroe heeft zich een opvallende gothic outfit aangemeten en gaat nu als Lady Blackbird door het leven. Wie zich niet liet afleiden door haar schaarse kleding hoorde nog steeds een geweldige soulzangeres met de echo van Nina Simone.


Het andere buitenbeentje was de voormalige soulzangeres Marley Munroe die zich heeft herbronnen als Lady Blackbird en in een minimalistische gothic outfit op het podium stond. Haar opmerkelijke over-de-top black-acid-look hoort bij haar muziek. Los van haar nieuwe statement: zingen kan ze wel degelijk. Heerlijke rauwe soul met hier en daar een schrammetje op haar stem.

Han Bennink vierde op zijn eigen manier zijn tachtigste verjaardag. Met veel gekkigheid en nog meer leuke muziek. Samen met het ICP-Orchestra en de Japanse pianiste Aki Takase.
Han Bennink vierde op zijn eigen manier zijn tachtigste verjaardag. Met veel gekkigheid en nog meer leuke muziek. Samen met het ICP-Orchestra en de Japanse pianiste Aki Takase.


De zaterdag was ook de jazzdag bij uitstek. In de kleine Yenisei opende klarinettist Marti Mitjavila met een prachtig optreden. Hij liet de softe, gevoelige en sonore kant van de klarinet en met name de basklarinet horen. Mitjavila is een van die buitenlanders die na zijn opleiding aan het Conservatorium van Amsterdam in ons land is blijven hangen. De Finse Linda Fredriksson is wel teruggegaan naar Helsinki. Zij speelde alt- en baritonsaxofoon en met name op de bariton viel ze op door haar ‘ouderwetse’ technieken van tongue slapping, rust en strijdbaarheid. Haar nummers begonnen meestal heel rustig waarna ze naar een climax opbouwde, waarbij haar verhaal op elk energieniveau doorzichtig en melodieus bleef. In een heel wat grotere en volle zaal vierde drummer Han Bennink zijn tachtigste verjaardag met een keur van musici onder wie de Japanse pianiste Aki Takase. Veel gekkigheid en veel goede muziek, zoals te verwachten viel.

Een van de te verwachten hoogtepunten zou het Ron Carter Foursight Quartet zijn. Op het laatste moment viel drummer Peter Crossley met corona uit, en hoe onaardig het ook klinkt, dat pakte voor contrabassist Carter uitstekend uit. De ruimte die ontstond en de onverwachte andere manier van spelen haalde het beste van de 85-jarige Carter naar boven. Elke noot was raak. Pianiste Renee Rosnes liet haar noten dansen terwijl de basnoten erbij zongen. Je kon in de stampvolle grote zaal een speld horen vallen. Nog groter was de zaal waar ‘artist in residence’ Herbie Hancock optrad. Het woord ‘vol’ was hier een eufemisme. Geen vierkante centimeter bleef onbenut bij het luisteren naar deze pianogigant die veel werk overliet aan trompettist Terence Blanchard en gitarist Lionel Loueke. Bassist Christian McBride is nog geen Ron Carter maar wel op weg naar diens statuur. Hij gaf een prachtig optreden waarin drummer Carl Allen liet horen dat je wel degelijk kunt soleren op de drums, daarmee een verhaal kunt vertellen en het kwintet met de opvallende vibrafonist Warren Wolf door de stukken leiden.

De zondag was de dag van oude en toekomstige jazzlegendes. Het was ook de dag van gitarist Cory Wong die optrad met zijn eigen band en met de Fearless Flyers. Zijn eigen band speelde keihard swingende jazz. Wong had daarin vooral een dienende rol en liet nog niet al te veel horen van zijn virtuoze gitaarspel. Liever gaf hij ruimte aan zijn eigen solisten en gast Candy Dulfer die in een nummer meespeelde.

Op een uitgeklede drumset ranselde drummer Nat Smith naar een gitaarhoogtepunt met Cory Wong, Mark Lettieri (Snarky Puppy) en Joe Dart (Vulfpeck). Het werd een feestelijke afsluiting van NSJ 2022 waar deze mannen zelf zeker zo’n plezier aan beleefden.
Op een uitgeklede drumset ranselde drummer Nat Smith naar een gitaarhoogtepunt met Cory Wong, Mark Lettieri (Snarky Puppy) en Joe Dart (Vulfpeck). Het werd een feestelijke afsluiting van NSJ 2022 waar deze mannen zelf zeker zo’n plezier aan beleefden.

Wie Wong op zijn best wilde horen ging later naar de Fearless Flyers. Op het podium stonden drie gitaren op een vast statief opgesteld, rechts daarvan een minimaal drumstel. Achter het drumstel nam Nate Smith plaats die een beul bleek te zijn en ruimschoots genoeg had aan een bas- en snaredrum, hi-hat en een enkele tomtom. Achter de standaards stonden Cory Wong op gitaar, Mark Lettieri op de iets grotere baritongitaar en Joe Dart op basgitaar. Die drie mannen in hun blauwe werkoverall leken een gimmick, maar toen ze speelden was daar geen sprake van. De mannen werden opgezweept door Smith en daagden elkaar uit om tot het uiterste te gaan in aanzwellende gitaarsolo’s. Het werd een onbesliste strijd in volume en snelheid waarin vooral duidelijk werd dat dit de gitaarhelden van dit moment zijn.

Vroeger verguisd, nu door iedere jazzliefhebber op handen gedragen. Charles Lloyd speelt nog steeds op het hoogste niveau hedendaagse jazz op basis van bebop.
Vroeger verguisd, nu door iedere jazzliefhebber op handen gedragen. Charles Lloyd speelt nog steeds op het hoogste niveau hedendaagse jazz op basis van bebop.


De 84-jarige tenorsaxofonist Charles Lloyd hoeft niets meer te bewijzen. Jarenlang stond hij op de zwarte lijst van de jazzpolitie om redenen die we niet meer weten, of was het misschien omdat hij te mooi speelde? John Coltrane in zijn meest melodieuze periode staat model voor Lloyd. Als Lloyd al iets bewees was het dat hij liet horen dat we ons zelf door jarenlang niet naar hem te luisteren, tekort hebben gedaan. Lloyd is een bebopper die de tijdgeest altijd goed heeft aangevoeld en ook nu nog steeds zo fris als een limoen speelt. Hij speelt met een fluwelen sound die hij voorzichtig wrijft en koestert. Dat geldt helaas niet meer voor zijn één jaar oudere collega Archie Shepp. Het was beter geweest om hem te gedenken als een van de grootste tenorsaxofonisten ooit, zonder hem in een ontluisterd optreden te moeten horen als zanger-saxofonist met een in duizend stukken gebroken stem die zo goed als geen geluid meer uit zijn saxofoon krijgt.

Tenorsaxofonist Archie Shepp is een van de laatste levende legendes. Op zijn laatste krachten stond hij op NSJ maar veel geluid kwam er niet uit zijn sax. Ook het zingen van een Fats-Waller-nummer lukte niet meer echt.
Tenorsaxofonist Archie Shepp is een van de laatste levende legendes. Op zijn laatste krachten stond hij op NSJ maar veel geluid kwam er niet uit zijn sax. Ook het zingen van een Fats-Waller-nummer lukte niet meer echt.


NSJ maakte een betere beurt met het geweldige optreden van pianist Vijay Iyer, contrabassist Linda May Han Oh en drummer Tyshawn Sorey. Het werd een zinderend concert waarin de kracht van Vijay om complexe ritmen te laten klinken alsof het allemaal zeer eenvoudig is, op de voorgrond stond. De polyritmische drummer Sorey is daarbij de ideale basis terwijl Linda Oh haar reputatie als grootste jazzbassisttalent waar maakte met ragfijn spel waarbij elke noot los kwam van haar contrabas. Dit was voor de jazzliefhebber zeker een hoogtepunt van de dag.

Dat gold ook voor de jongste generatie jazzmusici die de kans kregen om zich voor een groot publiek te presenteren. Het orkest AM.OK van dirigent Tijn Wybenga blijkt zich snel te ontwikkelen. Nog geen jaar geleden speelde hiphop een rol in de benadering van zijn niet-traditionele big band, nu vormden Arabische en Zuid-Afrikaanse ritmen de ruggengraat van AM.OK. De violen, cello en oud droegen bij aan het gevoel dat dit de Third Stream van onze tijd is, waarin jazz, global en klassiek een gelukzalig verbond zijn aangegaan.

De Israëlische Aviv Noam gaf een bijzonder mooi optreden in de geest van Ornette Coleman dat hem zeker op de jazzkaart zal zetten.
De Israëlische Aviv Noam gaf een bijzonder mooi optreden in de geest van Ornette Coleman dat hem zeker op de jazzkaart zal zetten.


Een andere verrassing was de jonge Israëlische alt- en sopraansaxofonist Aviv Noam. Ook zijn sextet had met een cello, twee contrabassisten, een basklarinettist en drummer, een verre van normale bezetting. De drummer was Guy Salamon die net daarvoor met zijn eigen band voor spektakel had gezorgd. Bij Aviv is er geen spektakel of demonstratie van technisch kunnen, maar wordt mooie luistermuziek gemaakt met de fijnheid en finesse van Brussels kant. Zijn roots wortelen in de muziek uit het Midden-Oosten, waarvan de klanken subtiel doorklinken in de muziek die gevormd wordt door het sjabloon dat Ornette Coleman heeft ontwikkeld.

Juist met de programmering van al dat jonge talent heeft North Sea Jazz aangetoond dat jazz in zijn huidige vorm van deze jaren twintig nog springlevend is.

Tekst en foto’s TOM BEETZ

 

NORTH SEA JAZZ FESTIVAL

Ahoy Rotterdam, 8, 9 en 10 juli ’22

Met optredens van Bokani Dyer, Steve Coleman, Diana Ross, Lizz Wright, Diana Krall, Marcus King, Christone ‘Kingfish’ Ingram, Michael Kiwanuka, Lous, Nile Rodgers & Chic, Joe Armon-Jones, Marley Munroe, Marti Mitjavila, Linda Fredriksson, Han Bennink, ICP Orchestra, Aki Takase, Ron Carter Foursight Quartet, Herbie Hancock, Terence Blanchard, Lionel Loueke, Christian McBride, Carl Allen, Warren Wolf, Cory Wong, Fearless Flyers, Nate Smith, Mark Lettieri, Joe Dart, Charles Lloyd, Archie Shepp, Vijay Iyer, Linda May Han Oh, Tyshawn Sorey, Tijn Wybenga’s AM.OK, Aviv Noam en Guy Salamon.

 

www.northseajazz.com

Previous

KAU Trio dompelt zich onder in sferen van grote steden

Next

Kleurenrijkdom North Sea Jazz ’22 is ongeëvenaard

1 comment

  1. Waarom wordt george benson niet genoemd?
    79 jaar en nog steeds een legende en vanaf het begin van nsj er al bij.
    Zijn optreden is nog steeds geweldig.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook