JazzNu bezocht de afgelopen tien dagen November Music, het festival met muziek van nu door de makers van nu – zoals het credo al een aantal jaren luidt. Wij kozen voor de jazz- en improvisatieoptredens, die losjes door de programmering van in totaal negentig concerten, waren gestrooid. En stuitten zoals elk jaar ook nu weer op ware juweeltjes. Dit zijn ze van de laatste twee dagen.
Je had het misschien al kunnen voorspellen aan de hand van de voorverkoop van het concert: al weken uitverkocht. Mooi toch? Maar eh… dan moeten de betrokken musici het nog wel waar maken: kwaliteit brengen voor het duur betaalde geld. Dat deden ze: pianist Tigran Hamasyan en trompettist Mathias Eick. In vaak mystieke concertpassages brachten zij muziek die neigde van mediteren tot slapen, van opgewondenheid tot ontspanning maar bovenal van uitgekiend vakmanschap.
Het unieke aspect van dit duoconcert is terug te voeren op de vorm: de twee musici improviseerden een uur lang, zonder bladpapier, vaak zonder naar elkaar te kijken. Intuïtie was het voertuig dat hen in beweging zette en over glibberige wegen naar het beste (jazz)concert van het slotweekeinde van November Music leidde. Met slechts een piano en trompet. Waarbij voor de volledigheid dient te worden vermeld dat deze musici ook handwerklieden zijn in elektronica: beiden bedienden ook elektronische toetsenborden.
Tigran Hamasyan begon het concert solo als opmaat naar een recital dat langs klassieke wegen leek uitgestippeld, maar in werkelijkheid één samengebalde brok improvisatie was. Hamerend, met gekruiste armen achter het klavier en dan weer mijmerend leek de pianist de weg te effenen voor zijn kompaan Eick én de elektronica die op beiden wachtte. Hetgeen uitmondde in een onnavolgbare vermenging van de ‘oude’ klank die akoestische instrumenten nu eenmaal in zich bergen en de supermoderne mogelijkheden die stekkerjazz bieden. Hoewel de mix groots was, bloeide het concert pas open als Hamasyan en Eick zich lieten terugwerpen op de conventies van hun instrumenten en de knoppen van de elektronica naar ‘off’ werden gedraaid.
YAZZ AHMED
Dat je een trompet met elektronica extra zeggingskracht kunt geven, bewees Miles Davis vele jaren geleden al. De Brits-Bahreinse Yazz Ahmed treedt dan wel niet in de voetsporen van deze trompetlegende, de snufjes die elektronica verschaffen heeft zij volledig naar zich toegetrokken. Vervormingen, samples, luide versterkingen, het waren allemaal elementen die zij gretig heeft aangegrepen om de bijnaam die een overijverige recensent haar ooit heeft gegeven waar te maken: High Priestess of Psychedelic Arabic Jazz. Zwaar overdreven en volstrekt niet ter zake doend, want én Ahmeds afkomst én psychedelica waren veelal ver te zoeken tijdens haar concert op November Music.
Yazz Ahmed benutte haar aanwezigheid vooral voor het in de schijnwerper plaatsen van haar kersverse album Polyhymnia. Uiteraard haar goed recht. Wat zij nog meer promootte was haar plek als vrouw in de wereld van jazz en wellicht ook in die van haar geboorteland Bahrein. Daarvoor droeg zij een stuk op aan jazzsaxofoniste Barbara Thompson en burgerrechtenactiviste Rosa Parks. En besloot zij haar concert met een compositie die onder meer was geïnspireerd op soefimuziek en bootvluchtelingen die het leven lieten op weg naar Europa. Geëngageerde kunst derhalve, die echter als eigenschap heeft dat de boodschap die de maker erin verpakt, lang niet altijd aan de oppervlakte treedt.
Yazz Ahmed begon haar concert door een kort thema te spelen. De vibrafoon dupliceerde dat, waarop de trompettiste meteen de elektronica in dook. Uit een kort intermezzo van de basgitaar groeide een fijn melodietje op vibrafoon, waarop Yazz Ahmed die inmiddels de flugelhorn ter hand had genomen, een traag, Arabisch aandoend tempo inzette. Vrijwel het enige tijdens een concert, dat naarmate het vorderde, een deel van zijn authenticiteit verloor. Fraai was dan weer een drumsolo die Martin France gaf met alleen maar brushes. Een kort moment van relatieve stilte in de wervelstorm van vaak té hard aangeslagen slagwerk.
COLOURS OF IMPROVISATION
Als Colours of Improvisation de maat zou zijn voor nieuwe breedtebepaling van de jazz, zou je kunnen stellen dat muzikale rekbaarheid nog altijd volop voorhanden is. In drie concerten toonde November Music bovendien, dat we maar het best kunnen stoppen met jazz te definiëren: grenzen van deze muzieksoort zijn allang buiten beeld geraakt.
Colours of Improvisation, het jaarlijks terugkerende jazz- en improvisatiedeel van November Music bracht drie totaal verschillende concerten in stelling: de mengeling van de westerse wereld en de Arabische van Free Desmyter en Bassem Hawar, de ineenvlechting van de trompettraditie door Avishai Cohen en de galopperende hardbop van Marcin Wasilewski en Tineke Postma.
De Colours of Improvisation mini-estafette werd geopend door de Belgische pianist, componist en arrangeur Free Desmyter en zijn vriend en compagnon, djozespeler Bassem Hawar uit Irak. Met hun elfkoppig ensemble legden zij meteen de loper uit voor het interessantste optreden van de avond. Desmyter is een pianist die zijn instrument zeker koestert, maar het ook op zijn taaiheid beproeft. Zijn forse aanslag correspondeerde wonderwel met de breekbaarheid van de oriëntaalse en Arabische uitingen van djoze, oud en zang.
CHRIS JORIS
Opvallend in elke seconde van dit bijzondere concert was de rol van Chris Joris. Percussionisten vervullen binnen een orkest meestal de rol van ondersteuner. Chris Joris niet. Zijn aandeel rees vaak heersend boven de totaalklank uit. Precies zoals Airto Moreira in de jaren zeventig, droeg hij met elke slag op zijn trommels, gongs en belletjes wezenlijk bij aan de unieke klankkleur van deze gedenkwaardige concertervaring.
De orkestrale gedeelten leverden een machtig geluid op, indringend door het bed van vioolklank en aangrijpend door de immer voortgestuwde djoze (klein snaarinstrument met een groot klankbereik) en de iets naar de achtergrond gedrongen oud. Song for the Orphan van Desmyter was een tandem voor piano en orkest. De actuele insteek – het leed van oorlogskinderen – veroorzaakte pijn in je gemoed. Indringende, doorwrochte muziek, niet alleen in dit stuk, maar ook in de duopassages van piano en violen of in de dialoog van piano en djoze. Desmyter c.s. bezitten de unieke gave muziek te vertolken, waaraan de tijd is onttrokken.
TINEKE POSTMA
Het concert van het Marcin Wasilewski Trio en Tineke Postma zou een ontmoeting moeten worden tussen Poolse en Nederlandse jazz. Is dat echter mogelijk als beide entiteiten dezelfde jazztaal spreken? Die van de Afro-Amerikaanse traditie namelijk, waarop het goed variëren is, tot in het oneindige toe. Voor fikse tempi werd niet terug gedeinsd. Wasilewski sjeest als een razende over het klavier, achterna gezeten door contrabas en slagwerk. Tineke Postma gaf daarbij geen krimp. Hoewel de vier voor het eerst samenspeelden, liet de Nederlandse horen dat die pijlsnelle concertgedeelten haar geen enkele moeilijkheid opleverden. Evenmin trouwens als de muziek klein werd gehouden.
Met name op de sopraansaxofoon – die zij veelvuldig hanteerde – is het telkens weer een aangename verrassing te horen hoe zij in snelle passages de wendbaarheid van het instrument volledig uitbuit. Daar lijnrecht tegenover staat haar zelfverzekerde spel in een ballad als Before The Snow. Tineke Postma bracht warmte aan in het accentrijke spel van het Poolse trio.
AVISHAI COHEN
Avishai Cohen is niet alleen trompettist, maar ook iemand die uit grote betrokkenheid een gedicht kan declameren. In dit geval was het A Part Of van de spirituele Israëlische dichteres Zelda. Een adembenemende aanvulling op Cohens concertactiviteiten. Hij toonde al eerder zijn nauwe omgang met menselijkheid en vooral medemenselijkheid. Denk aan de albums die hij uitbracht na de dood van zijn vader: Dark Nights en Into The Silence. De poëzie van Zelda las hij voor met een aangenaam timbre in zijn spel, gespeend van de aanstellerij die we te vaak van dichters gewend zijn.
Avishai Cohen was in beste conditie. Je zou hem evengoed als saxofonist kunnen aanzien, zo flexibel en met ontelbare zijsprongetjes bewoog hij zich met zijn trompet. Cohen legde een ongebreidelde improvisatiedrift aan de dag, waarmee hij nogal eens voor zijn drie begeleiders uit snelde. Zij improviseerden echter ook op topniveau. Het leek erop of ieder dat voor zich deed, maar de totaalklank haperde nergens, omdat hij altijd op de juiste momenten ineen greep.
Het Avishai Cohen Quartet speelde voornamelijk werk van de laatste twee albums. Life and Death van de voorlaatste Into The Silence was een pronkjuweel, gecreëerd door Cohens gestopte trompet en de vooruit geschoven contrabasklanken van Barak Mori. Wat als een bijzondere verrassing aan dit concert was toegevoegd was de keuze om volledig akoestisch te spelen. Daarmee een weloverwogen stelling in nemend om jazz op de juiste manier te vertolken: als manifest van de menselijke emotie, gevoed door een adem die geen weet heeft van elektronica.
RINUS VAN DER HEIJDEN
Foto’s GEMMA KESSELS
NOVEMBER MUSIC ’19
Verkadefabriek ’s-Hertogenbosch, 9 en 10 november ‘19
TIGRAN HAMASYAN en MATHIAS EICK
Tigran Hamasyan – piano, toetsen, elektronica en zang
Mathias Eick – trompet, elektronica, toetsen en zang
YAZZ AMHED QUARTET
Yazz Ahmed – trompet
Ralph Wyld – vibrafoon
Dave Mannington – basgitaar
Martin France – slagwerk
FREE DESMYTER & BASSEM HAWAR
Free Desmyter – piano, toetsen en arrangementen
Bassem Hawar – djoze
Saad Mahmood Jawad – oud
Khaled Alhafez – zang en daf
Firas Al Alwani – ney en klarinet
Michaël Brijs – fluit
Ananta Roosens – viool
Marie Ghitta – altviool
Annemarie Osborne – cello
Nathan Wouters – contrabas
Chris Joris – percussie
AVISHAI COHEN QUARTET
Avishai Cohen – trompet
Lehavi Gadi – piano
Barak Mori – contrabas
Ziv Ravitz – slagwerk
MARCIN WASILEWSKI TRIO en TINEKE POSTMA
Marcin Wasilewski – piano
Tineke Postma – alt- en sopraansaxofoon
Sławomir Kurkiewicz – contrabas
Michał Miśkiewicz – slagwerk
NOVEMBER MUSIC 2019
Al jaren een fantastisch festival. Zoveel te zien en te horen, dat is niet uit te leggen. Als je naar het NovemberMusic gaat, dan moet je wel heel veel keuzes maken.
Groet Leo Bontje, Gouda