Eerst maar even kennismaken: Gabriela Martina is een Zwitserse zangeres en componiste, die sinds 2021 in Amsterdam woont. Summierder kan haast niet, maar zij verdient veel meer. Want wie haar album ‘Homage to Grämlis’ beluistert, leert haar niet alleen beter kennen, hij/zij komt er ook achter dat Gabriela Martina een musicus is die danig in de gaten dient te worden gehouden. ‘Homage to Grämlis’ is namelijk een opstap waarvan 99 procent van aankomende jazzmusici mag dromen.

Zwitserland en zang, je komt dan onoverkomelijk op jodelen uit. Laten we de koe maar meteen bij de hoorns pakken, kan Gabriela Martina gedacht hebben. Ze opent haar album met de compositie This Country – That Country, dat zij inzet met het jodellied Gibeljutz van Hans Aregger, een landgenoot die niet alleen componist is, maar ook bandleider, klarinettist en saxofonist. Je kunt het maar gehad hebben, toont Gabriela Martina ermee aan; Zwitserland is meer dan jodelen, horloges en lekkere kaas.

In elf eigen stukken laat de zangeres horen dat zij aan de ene kant een ode wil brengen aan haar geboorteland en haar familie die er eeuwenlang boerde. Aan de andere kant heeft Martina haar verhaal uiterst vakkundig verpakt in duidelijk herkenbare jazzreminicenties én erfgoed van Zwitserse (muziek)cultuur. Dat alleen al is een kunstwerk op zich, want twee zulke bijna tegengestelde uitingen zijn op het eerste gezicht/gehoor niet met elkaar te rijmen. Gabriela Martina heeft echter kans gezien met durf, bravoure, een afwijkend gebruik van haar stem, melodische hoogstandjes en wisselwerkingen tussen zang en declamatie, een viaduct te bouwen dat toegang verschaft tot een achtbaansweg naar nieuwe inzichten.

De zangeres trekt zich weinig aan van conventies. In Four Siblings schetst zij een kort muzikaal portret van zichzelf. De meeste zangeressen zullen dat wel uit hun hoofd laten, het hoort immers niet jezelf zo in de schijnwerper te plaatsen. Zij doet het en plaatst haar biografie als een organisch onderdeel in haar totaalmuziek. En met Mis Bruune Hüüsli creëert zij een soort kinderliedje, dat drijft op het mooie hoog van haar stem, maar door de aanwezigheid van een accordeon toch heel wat meer heeft te vertellen dan de sprookjes en rijmelarijen die kleine kinderen krijgen opgediend.

Van totaalmuziek mag je gerust spreken als je Homage to Grämlis beluistert. Gabriela Martina woonde en werkte dertien jaar in Boston en New York, voordat ze in 2021 Amsterdam als woonplaats verkoos. In de VS ontdekte ze dat jazz een vergaarbak is van onder meer allerlei inlandse muzieken die Amerika kenmerken. Wat een ontdekking om dan voor Homage to Grämlis de boerderij in Horw, in het hart van de Zwitserse Alpen waar ze omringd door haar muzikale familie opgroeide, als basis voor deze plaat te kiezen. Die ze creëerde met elementen die ze overal oppikte als kunstenaar. Ze wil zich niet vastpinnen op genres, ze laat ze ineen smelten tot haar eigen stijl. Andere stijlen zijn echter soms onontbeerlijk: neem Martina’s visie op Heaven van Duke Ellington, deel uitmakend van zijn Sacred Songs. Bij haar mondt Heaven uit in een ballade, die wil aantonen hoe het boerenleven vroeger was.

En dan komen we toch nog even terug op dat jodelen. Ze leerde het van haar familie en trad er op vierjarige leeftijd al mee op. Jodelen is altijd een van de bouwstenen van haar zangkunst gebleven. In 2019 nam ze zodoende deel aan het Central Swiss Yodeling Festival, waar ze hoge cijfers binnen haalde. Intussen dronk ze andere culturen in als een dorstige hond. Ze wil er ongelijkheid en racisme mee uitbannen door voor alle mensen een gelijkheidsgevoel mee te helpen ontwikkelen. Ze was in die hoedanigheid oprichter en voorzitter van de Cultural Leaders Club aan het Berklee College of Music, waar studenten onderzoek deden naar oorzaken en gevolgen van ras, geslacht en etniciteit. Ook was ze oprichter van Sonic Relief, dat via muziek mensen in nood wil helpen door bijvoorbeeld bij fondsen aan te kloppen. Het zoveelste bewijs dat Gabriela niet alleen kosmopolitisch door haar muziek beweegt, maar ook door de wereld waarin zij én wij leven.

En warempel, de inzet, het fanatisme en de kennis die nodig zijn om al die activiteiten naar een hoog niveau te tillen, hoor je terug op Homage to Grämlis. Het jodelen komt naarmate het einde van de plaat in zicht komt, nog eens terug. Nu gemengd met haar ‘normale’ zangstem, die in de verte lijkt op die van Sinead O’Connor, maar door haar durf om te improviseren wel degelijk die van de enige echte Gabriela Martina is.

Een prachtalbum dus.

RINUS VAN DER HEIJDEN

GABRIELA MARTINA

Homage to Grämlis

Suisa

Gabriela Martina – zang
Jussi Reijonen – gitaar
Ben Rosenblum – accordeon
Maxim Lubarski – piano
Kyle Miles – contrabas
Vancil Cooper – slagwerk

www.gabrielamartina.com

Previous

Mark Lotz Trio verzet roer naar pure jazz

Next

Marnix Busstra's Old School Band kleedt zich 'Casual Chic'

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook