De met een markeerstift gezette handtekening van Paul van Kemenade, zoals beschreven in de JazzNu-recensie van de eerste dag van het Stranger Than Paranoia-festival in Tilburg, werd op de tweede dag daar met strakke hand doorgetrokken. Paradox is de thuisbasis van Paul van Kemenade, waar hij op een welwillend publiek kan rekenen en op zijn eigen manier zijn gang kan gaan. 

Leonid Šhinkarenko is de leider van zijn gelijknamige kwintet.

In zijn afscheidstournee, wat geen afscheid is maar het begin van een zoektocht naar krenten in de pap – zoals Van Kemenade het meerdere malen benadrukte – liet hij zijn luisteraars kennismaken met muzikanten die hem hebben geraakt. Dat kunnen oude bekenden zijn, maar ook muzikanten met moeilijke namen uit verre oorden, waar je nooit van hebt gehoord. Dat kan verrassingen, maar ook teleurstelling opleveren. Dat hoort bij Paranoia, en het is juist deze allesbehalve risicomijdende programmering die al die jaren zoveel indruk heeft gemaakt. 

Traditioneel opende Van Kemenade de avond zelf, nu als duo met pianist Stevko Busch. Dit duo behoort niet tot de verrassingen. Integendeel, want vrijwel geen enkele samenwerking van Van Kemenade is zo hecht als die met Busch. Samen staan ze al dertig jaar op het podium en dat is te horen. Ze kennen voor elkaar geen geheimen meer. 

Aan de ene kant is dat jammer want je krijgt wat je verwacht. Stevko legt een vloertje van akkoorden, soleert zelf zeer beperkt en is meer een verlengstuk voor Van Kemenade dan iemand die hem probeert te verstoren en onbekende paden op te sturen. Aan de andere kant voeden zijn door de zaal rollende noten de dynamiek van Paul van Kemenade en geven ze hem de ruimte om zijn eigen weg in te slaan. 

Met Stevko Busch heeft Paul van Kemenade de garantie dat het altijd op zijn pootjes terecht komt.

Het duo laat horen dat er qua creativiteit niet de minste reden is om te stoppen, en met Busch is Van Kemenade ervan gegarandeerd dat het altijd op zijn pootjes terecht komt. Hij liet zijn altsax piepen, grommen en steunen, de kleppen tegen het metaal van de sax kletteren en wisselde woeste uithalen af met het mooiste geluid dat een altsax kan voortbrengen. 

Als hij dan een van zijn nieuwste composities Weemoedig in Opglabbeek inzet, stroomt een oprecht gevoel van weemoed, liefde, schoonheid en nieuwsgierigheid door Paradox. Wat zou het zijn: weemoed naar de afgelopen vijftig jaar als jazzmuzikant, naar 32 jaar Stranger Than Paranoia, of is het nieuwgierigheid naar wat de toekomst zal brengen?

Vragen waar hij niet lang over kon nadenken, want hij had zijn laatste noot nog niet gespeeld of de Tilburgse loco-burgemeester Marcelle Hendrickx spoedde zich naar het podium om hem na een korte toespraak over zijn geschiedenis en zijn verdiensten voor Tilburg, voor de  jazz en voor het opleiden van de jongste generatie muzikanten, de Gouden Erepenning van Tilburg te overhandigen. 

Paul van Kemenade toont de Gouden Erepenning die hij zojuist uit handen van de Tilburgse loco-burgemeester Marcelle Hendrickx kreeg overhandigd.

Die hierboven aangestipte muzikanten met moeilijke namen waren ook nu ruim vertegenwoordigd. De Russische pianist Leonid Vintskevich was eerder in ons land, maar weinigen zullen hem hebben gehoord. “Het zijn vreemde tijden”, vertelde hij me met gevoel voor understatement. Hij woont overal en nergens, maar zijn vrouw zit nog steeds in Moskou. Het lukte hem nog niet om haar naar hem te laten komen. 

Leonid is een verhalenverteller, aan de piano welteverstaan, want verder is hij nogal zwijgzaam. Zijn verhaal wordt verteld met krachtig spel en een helder toucher. Zijn asymmetrische loopjes, zijn uitdagende rustmomenten en zijn kennis van de jazztraditie, laten de enorme invloed horen die Thelonious Monk op hem heeft achtergelaten. Monk en Rusland leveren een combinatie op, die een uniek karakter aan zijn muziek geeft. 

Ernst Reijseger en Han Bennink: eeuwigdurende garantie op kwaliteit.

In het begin miste ik nog de invloed van de grote Russische componisten, maar die welden op zijn hardst naar boven in de ballads, waar de romantische Russische componisten zich luid en duidelijk meldden. Leonid had ook een bijzondere klik met de bescheiden, maar onmisbare Engelse contrabassist Steve Kershaw. De piano en de contrabas streelden en liefkoosden elkaar in een mooi huwelijk. 

Die liefde, maar dan letterlijk, zal er ook voor zijn zoon Nick Vintskevich zijn, die alt- en sopraansaxofoon speelt. Zo net na Paul van Kemenade viel op hoe klein zijn gereedschapskist  is, hoe fragmentarisch zijn spel opgebouwd is en hoe beperkt zijn bijdrage aan het groepsgebeuren was. 

Leonid Vintskevich Leonid is een verhalenverteller, aan de piano welteverstaan.

Het duo van cellist Ernst Reijseger en drummer Han Bennink daarna klonk buitengewoon fris, terwijl ook zij elkaar al decennia van haver tot gort kennen. Bennink sloopte voordat ze waren begonnen de snaredrum uit het volledige opgestelde drumstel. Voor hem is dat ruim voldoende, mits voorzien van drumsticks, brushes en een theedoek. Reijseger plukte, streek, en klopte zijn cello, waarbij elke noot een nieuwe verrassing opleverde. Of hij legde de cello over zijn knie en bespeelde die als een basgitaar met een ander, meer staccato geluid. 

Bennink is daarbij zijn ideale partner. Hoe zoeter Reyseger op zijn cello speelde, hoe harder Bennink op de snaredrum beukte, alsof hij spijkers in de muur sloeg. Samen lieten ze horen hoe geweldig, kort en gevarieerd, hun instant composities waren. Hoe brushes kunnen klinken en wat samenspelen kan opleveren: geen noot te veel, geen seconde saai.  

Leonid Šhinkarenko, Valerijus Ramoshka en Vytautas Labutis vertegenwoordigden ‘de sectie-Litouwen’.

De tweede avond in Paradox werd afgesloten met muzikanten met moeilijke namen uit Litouwen. Niet alleen hun namen waren moeilijk, ook het tijdstip waarop zij aan de beurt kwamen. Met hún energie was niets mis, en ik hoorde dat het kwintet van basgitarist Leonid Šhinkarenko een lichtvoetige swing bezat, dat trompettist Valerijus Ramoshka niet spectaculair soleerde maar dat ruimschoots compenseerde met een bijzonder mooi Miles Davis-achtig geluid, en drummer Linas Buda en Leonid Šhinkarenko beiden korte mooie melodische solo’s speelden.

Tekst en foto’s TOM BEETZ

STRANGER THAN PARANOIA

Paradox Tilburg, 22 december ’24

Duo Stevko Busch/Paul van Kemenade
Stevko Busch – piano
Paul van Kemenade – altsaxofoon

Kershaw – Vintskevich Trio
Leonid Vintskevich – piano
Nick Vintskevich – alt- en sopraansaxofoon
Steve Kershaw – contrabas

Duo Han Bennink/Ernst Reijseger
Han Bennink – drums
Ernst Reijseger – cello

Leonidas Šinkarenka Quintet
Vytautas Labutis – altsaxofoon
Valerijus Ramoshka – trompet
Andrius Savchenko – keyboard
Leonid Šhinkarenko – basgitaar
Linas Buda – drums

www.strangerthanparanoia.com

Previous

Stranger Than Paranoia opent in Tilburg als vanouds ijzersterk

Next

Vier hoogtepunten tuimelen over elkaar heen tijdens Stranger Than Paranoia

Lees ook