Een voortdurend opspelende vraag tijdens het interview voor deze aflevering van JAZZ-tafette is, of Ties Laarakker nu musicus of wiskundige is. Aan het einde van ons gesprek geeft hij daar zelf duidelijkheid over. “Tien jaar geleden dacht ik nog te moeten kiezen. Nu niet meer. De toekomst zal uitwijzen dat ik wiskundige én musicus ben.” Zo, dat is duidelijk. Dus kijken we even naar de huidige stand van zaken. Ties Laarakker is contrabassist en heeft als vaste band Bop This! Met dit hardbopensemble nam hij twee cd’s en een EP op. Daarnaast doet hij freelancewerk. Hij speelt met gitarist Wouter van Deventer en tenorsaxofonist Stan van de Wetering en tot voor kort heel vaak met het trio van tenorsaxofonist Gideon Tazelaar. Ties Laarakker beschouwt zichzelf als part-time professioneel musicus, omdat hij tevens werkzaam is als wiskundige. Hij studeerde in 2012 af aan het conservatorium van Amsterdam. Laarakker is geboren in Groningen, groeide op in Dalfsen en woont sinds 2006 in Amsterdam. Inmiddels verblijft hij voor een periode van twee jaar in Londen.

Ties Laarakker: “Ik denk dat het waarde zou hebben als er meer vrouwen en minder wit in de jazz zouden opdagen.”

Waar ben je op dit moment mee bezig?
Ik heb een vaste ‘gig’, Bop This! Voorts speel ik vaak met saxofonist Stan van de Wetering in Hotel Europa in Amsterdam. Ik doe daar elke week een vaste reeks concerten op maandag- en donderdagavond, steeds met wisselende bezettingen. Ik ben ook wiskundige, ben net klaar met mijn studie. Volgende week (inmiddels is Ties Laarakker al vertrokken, red.) vertrek ik voor twee jaar naar Londen. Ik heb een werkcontract als postdoctoraal onderzoeker aan de universiteit Imperial College London. Dat zie ik gewoon als een baan. Ik heb goede dingen gehoord van de scene daar. Er zijn allerlei hippe bandjes in Oost-Londen. Ik noem het maar de Barry Harriskliek, puristische beboppers. Daar ga ik me op storten. Op bepaalde punten ben ik ook behoorlijk ‘straight ahead’.

Welke herinneringen aan je carrière zijn je het dierbaarst?
Ik heb een tijd, zo’n twee, drie jaar met Gideon Tazelaar gespeeld. Dat was de periode voor hij naar New York ging. Het was elke dag een gekkenhuis. Daar heb ik ontzettend veel van geleerd, evenals van Wouter Kühne. Met ons drieën vormden wij dat trio. In Brouwerij Troost, op het Westergasterrein speelde ik met Benjamin Herman, Ben van Gelder, Joris Roelofs. Dat waren gasten die wij uitnodigden.

Waarom doe je graag wat je doet?
Omdat dat het leukste is wat er is. Die vraag is moeilijk te beantwoorden, omdat hij zo voor de hand liggend is. Ik wil graag veel horen en spelen. Er zit niks voor, het is een axioma, een wiskundige term.

Ties Laarakker, contrabassist en wiskundige.

Wanneer is je passie voor jazz ontstaan?
Op de middelbare school zat ik met Caspar van Wijk in de klas. Hij introduceerde me in de jazz. Met vrienden speelde ik punk. Tot Caspar ons les begon te geven. In eerste instantie ging het niet zo goed, maar voordat ik het wist speelde ik alleen nog maar jazz. We gingen naar free-jazzconcerten in Amsterdam. Maar luisterden ook naar John Coltrane en Chick Corea. Hoe oud ik toen was? Ik denk een jaar of vijftien.

Van welke ontwikkeling in de jazzgeschiedenis had je onderdeel willen zijn?
De generatie van Floris Kappeyne en Gideon Tazelaar zorgt voor een mooie ontwikkeling. Ik heb echt het gevoel dat…. Stel dat ik alleen maar naar opnames zou luisteren, dan is het alsof je een dode taal studeert. De generatie van nu is een levende gemeenschap die muziek doorgeeft. Het gaat daar om veel meer dan muziek alleen. Het draait om stukken die ineens iedereen speelt. Zo is het natuurlijk altijd geweest. Het moment in de tijd maakt zóveel uit. Ik geloof niet in het idee dat enkelingen deze muziek hebben uitgevonden.

Wat is het bizarste dat je ooit mee hebt gemaakt tijdens een concert?
Het was na een concert in de legendarische literaire club Massolit in Moskou. Het werd een onbegrijpelijke avond met een hele reeks gebeurtenissen. Na afloop van ons concert was de drummer zijn pedaal kwijt. Terwijl wij ontzettend lang aan het zoeken waren, ontrolde zich een absurdistisch schouwspel. Toen een dronken Rus op zijn gitaar ging spelen, kwam er een hele rits chiwawa’s binnen. Op zeker moment was iedereen weg. Eindelijk hadden wij het pedaal gevonden. Mensen die aan de bar stonden, werden er zo euforisch van dat wij allemaal wodka kregen. We zijn toen weer gaan spelen, wat opnieuw een absurdistische klucht opleverde. Het riep de sfeer op van het boek De Meester en Margarita van Michail Boelgakov. De duivel arriveert daarin in Moskou en dat is zo ongeveer de beschrijving van die avond.

Waar vind je inspiratie?
Bij mijn collega’s. Ik leer het meeste van mijn gelijken en leeftijdgenoten. Los daarvan luister ik eindeloos naar Paul Chambers, Ray Brown en Wilbur Ware.

Ties Laarakker luistert eindeloos naar Paul Chambers, Ray Brown en Wilbur Ware.

Wat is het spannendste dat je ooit hebt ondernomen?
Mijn trips met Caspar van Wijk naar Rusland. Het begon met een Russische drummer die in Amsterdam studeerde. Die heeft ons naar Rusland gehaald, waar wij andere musici leerden kennen. Zij kwamen op hun beurt naar Nederland, waarmee een uitwisseling op gang kwam. Met die drummer hebben we vier keer een tour georganiseerd naar Moskou en St. Petersburg. In Moskou gebeuren altijd gekke dingen. Soms houden mensen op met Engels te praten. Je raakt gedesoriënteerd, omdat je de stad niet kent. Dan moet je maar zien hoe je jouw weg vindt. Dan sta je daar met je contrabas moederziel alleen tussen duizenden Russen in de metro. Op zeker moment was ik Gidon Nunes Vaz kwijt, die bevond zich aan de andere kant van de stad.

Welk muziekstuk of album heeft voor jou een speciale betekenis?
Ik luister vaak naar Sonny Rollins’ Live at Village Vanguard. Er is geen directe aanleiding voor, maar ik vind de muziek er zó verschrikkelijk goed op. Het is voor mij hét album.

Wat neem je altijd met je mee?
Mijn contrabas. Natuurlijk niet als ik naar de supermarkt ga. Voor wiskunde ben ik vaak in het buitenland. Mijn eerste actie daar is altijd een contrabas zoeken. Die leen of huur ik dan. Ik moet altijd een contrabas in de buurt hebben, anders krijg ik heimwee.

Welke actualiteit heeft je aandacht?
Ik heb interesse in ecologie. Misschien omdat ik tussen bomen ben opgegroeid. Mijn ouders wonen namelijk op een boerderij. De grote globale problemen op het gebied van ecologie verontrusten mij enigszins.

Wie is je grote voorbeeld buiten de jazz?
De wiskundige Alexander Grothendieck, die vijf jaar geleden overleed. Hij sloot aan bij mijn vakgebied. Hij was een van de wiskundigen wiens genie je niet kunt bevatten.Voor mij is hij relevant omdat hij in de twintigste eeuw (min of meer) in zijn eentje op fundamentele wijze het vakgebied heeft herschreven. Het is nauwelijks in te schatten hoe invloedrijk zijn concepten zijn. Hij creëerde een nieuwe taal om deels bestaande en deels nieuwe meetkunde te formuleren. Binnen het heel grote gebied van de wiskunde is zijn werk een standaardpunt. Het is niet zo dat hij dit allemaal in zijn eentje deed. Hij stond heel sterk binnen een gemeenschap van gelijkgestemde wiskundigen. Net als in de jazz is ook hier dus de link naar gemeenschap heel belangrijk.

Ties Laarakker: “De grote globale problemen op het gebied van ecologie verontrusten mij enigszins.”

Wat intrigeert je aan je instrument?
De klank natuurlijk. Er zijn bassisten die hun contrabas echt als een bas laten klinken. Er zijn er ook die meer opgaan in hun omgeving. Wilbur Ware is typisch een musicus die de bas echt als een contrabas laat klinken. Niet alleen qua geluid, ook als vocabulaire. Dat is deels techniek, deels traditie. De combinatie van geluid en vocabulaire is wat mij interesseert.

Wat heb je geleerd van je muziek?
Misschien eh… Ik zie het als een soort taal, een verzameling woorden en grammatica die van persoon tot persoon wordt overgedragen. Dit zegt tamelijk veel over menselijke relaties en sociale structuren, trends en mode. Denk ik.

Wat wilde je vroeger altijd worden?
Een tijdje kunstenaar, een tijdje – zoals eerder gezegd – wetenschapper. Ik vind dat ik er aardig ben uitgekomen.

Wanneer ervaar je de vrijheid te falen?
Eigenlijk altijd wel. Er was best een lange periode dat ik niet wist waar ik mee bezig was. Er ging zoveel de mist in dat ik de schaamte voorbij raakte. Nu heb ik niet meer het gevoel dat het schip strandt. En heb ook niet het idee dat ik in benauwde situaties terecht kom.

Welke ontwikkeling in de jazz juich je toe?
Een ontwikkeling die niet echt bestaat. Wiskunde en jazz behoren tot een mannenwereld. Dat wordt erkend en ook op een actieve manier bestreden. Het is tegenwoordig een beetje een modedingetje om politiek correct te zijn. Ik denk dat het waarde zou hebben als er meer vrouwen en minder wit in de jazz zouden opdagen. Binnen de wiskunde is dat een punt op de agenda’s. In het algemeen zijn universiteiten bezig deze punten te verbeteren. In de Nederlandse jazzscene praten er minder mensen over. Het zou een ontwikkeling zijn die ik zou toejuichen.

Ties Laarakker is zojuist naar Engeland vertrokken om als postdoctoraal onderzoeker aan de universiteit Imperial College London te gaan werken.

Met wie werk je graag samen?
De groep Bop This! kent geen bandleider. Op een of andere manier werkt dat heel soepel. Iedereen is heel betrokken en neemt zijn verantwoordelijkheid. We bestaan al bijna een decennium. Ieder bandlid vindt Bop This! belangrijk en gaat op een aangename manier met elkaar om.

Welke dromen liggen nog voor je?
Er komt een tijd dat ik iets meer met muziek bezig ga zijn. Ik wil graag terug naar de hoogtijdagen zoals ik die met Gideon beleefde. Er gebeurde toen zó veel. Elke dag spelen en zakken met geld verdienen. Tja, met een stel muzikanten die je goed liggen verschrikkelijk veel spelen, is wel een droom.

Aan wie geef je het JAZZ-tafette stokje door?
Aan pianiste Vera Marijt. Ik speel graag met haar in hotel Europa. Zij heeft een tijd in Canada vertoefd. Vera is een echte vakvrouw. Ik ben benieuwd hoe zij deze vragen beantwoordt.

RINUS VAN DER HEIJDEN
Foto’s GEMMA KESSELS

 

Previous

Haarlem Jazz & More in een dampend fotoverslag

Next

Vrouwen en gipsies op Jazz au Broukay in België

1 comment

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees ook